De beëdigde vertalers en tolken die freelance voor overheden als politie, Justitie en IND werken, hebben met ingang van 13 januari het werk neergelegd.1 Meer dan 1500 van de ongeveer 2600 tolken en vertalers die zijn ingeschreven in het Register Beëdigde Tolken en Vertalers hebben het actiemanifest2 ondertekend. Er zijn de hele week protestbijeenkomsten bij verschillende rechtbanken en er is aandacht van de media.
(foto: Clarisa Chaparro)
In mijn vorige column (‘De Babylonische worsteling van de Nederlandse overheid’) heb ik al uitgelegd dat er voldoende reden voor verontwaardiging en boosheid is. Het belangrijkste pijnpunt in de plannen van Justitie is dat voor beëdiging van een tolk of vertaler slechts zal worden geëist dat hij of zij de bron- en doeltaal beheerst op het niveau van een middelbare scholier (B2 volgens het Europese referentiekader, gedefinieerd als ‘gevorderde onafhankelijke taalgebruiker’). Nu is dat nog minstens het C1-niveau (‘operationeel bekwame taalgebruiker’, het hoogste niveau is C2). Het B2-niveau is niet voldoende om telefoontaps te kunnen vertalen waarin de meest recente straattaal wordt gesproken, noch om ingewikkelde replieken en duplieken in de rechtszaal goed voor de verdachte te kunnen vertolken, en evenmin om de details van een ingewikkelde witwasconstructie via postbusfirma’s goed in het Nederlands of juist in een vreemde taal weer te geven. Dit lagere taalbeheersingsniveau zal ertoe leiden dat de kwaliteit van de rechtspraak zal verminderen. Bovendien is de verlaging van deze eis in strijd met de Europese Richtlijn 2010/64/EU over het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures.3
Het tweede punt waar de protesten zich tegen richten is het nieuwe systeem van aanbesteding. Een deel van de tolk- en vertaaldiensten wordt al sinds enige tijd uitbesteed aan commerciële bedrijven (Livewords en Tvcn), terwijl de rechtbanken, de IND en een deel van de politie hun tolken en vertalers nu nog rechtstreeks inschakelen. In de plannen wordt aanbesteding voorzien van alle tolk- en vertaaldiensten van de Nederlandse overheid aan commerciële bemiddelaars.
Ten slotte wil Justitie minimumtarieven instellen, waarbij geen verschil wordt gemaakt tussen B2 en C1-niveau: voor tolkdiensten een minimum uurtarief gelijk aan het huidige standaard uurtarief, dat overigens sinds 1982 niet is verhoogd, en voor vertalingen een povere prijs per woord die neerkomt op een prijsverlaging.
De vraag is wat het Ministerie met de plannen, die al dit jaar zouden moeten worden doorgevoerd, wenst te bereiken.
In het Verenigd Koninkrijk, waar soortgelijke plannen al zijn gerealiseerd, is gebleken dat de beter opgeleide vertalers en tolken hun toevlucht elders zoeken om nog brood op de plank te krijgen. Dit zal ook in Nederland gebeuren nu het aantal vacatures in andere sectoren, zoals het onderwijs, groot is. De recherche zal nog moeilijker taptolken kunnen vinden, waardoor onderzoeken vertraagd worden, verdachten mogelijk niet tijdig kunnen worden opgepakt en sommige dossiers op de plank zullen belanden.
Verder zal er een achterstand ontstaan in de behandeling van rechtszaken waarvoor een tolk nodig is. De nieuwe instroom van lager opgeleide tolken zal leiden tot vertaalfouten die voor Justitie, verdachten of zelfs slachtoffers pijnlijke en onrechtvaardige consequenties kunnen hebben. Bij de IND zullen de doorlooptijden langer worden, waardoor de asielprocedures nog langer zullen duren. Slechte vertolkingen door lager opgeleide tolken in asielprocedures kunnen leiden tot onterechte afwijzing of, minder waarschijnlijk, juist tot onterechte toekenning van verblijfsvergunningen.
Een ongewenst effect is bovendien dat de status van het beroep van beëdigd tolk of vertaler bij het algemene publiek zal afnemen als een middelbare scholier na het behalen van zijn of haar diploma bij de rechtbank kan aankloppen om zich te laten beëdigen.
De commerciële bemiddelaars, ten slotte, zullen, om hun winstmarges zeker te stellen, de geplande minimumtarieven ook als maximumtarieven gaan hanteren. Ze hebben namelijk al te kennen gegeven dat deze minimumtarieven te weinig ruimte bieden om commercieel te kunnen opereren, met andere woorden, om winst te maken. Wanneer deze bemiddelaars vervolgens per minuut gaan betalen, zoals deze bureaus nu al plegen te doen, en er bovendien wordt beknibbeld op bijkomende vergoedingen, dan zullen de tolken er een stuk minder aan overhouden dan nu het geval is, terwijl het voor Justitie duurder zal worden.
In tegenstelling tot veel andere beroepsgroepen, zoals leraren en verplegers, strijden de gerechtstolken en -vertalers op dit moment niet eens voor een verbetering van hun economische positie, maar om een verslechtering te voorkomen. Het komt erop neer dat ze strijden voor het behoud van hun vak.
Politici kijken regelmatig door de bril van de kiezers, het algemene publiek, om te zien of er draagvlak is voor hun standpunt. Ik geloof dat het algemene publiek denkt dat een gerechtstolk of -vertaler vooral wordt ingehuurd om criminele allochtonen en asielzoekers bij te staan, twee groepen waar de laatste tijd weinig empathie voor bestaat. De beginselen van onze rechtsstaat garanderen deze groepen gelukkig eerlijke processen en asielprocedures.
Toch wordt mijns inziens vaak uit het oog verloren dat tolken en vertalers er niet alleen zijn om de grondrechten van bepaalde groepen te kunnen waarborgen. De overheid zelf heeft ook vertalers en tolken nodig om te kunnen functioneren. Ze werken op de achtergrond maar zijn van essentieel belang voor de grootschalige rechercheonderzoeken die zo prominent in de media figureren, zoals die naar Ridouan Taghi, de Mocromaffia of Rico de Chileen, en voor talloze kleinere onderzoeken. Ook bij terrorismebestrijding spelen tolken en vertalers een rol. Rechtshulpverzoeken aan het buitenland worden vertaald, telefoons worden afgeluisterd en wanneer een verdachte op verzoek van Nederland wordt aangehouden in het buitenland, wordt met spoed een Europees aanhoudingsbevel of een uitleveringsverzoek aan een land buiten Europa vertaald. Daarna wordt de uitgeleverde verdachte met hulp van een tolk verhoord door de recherche. Ten slotte volgt dan het proces, waarbij de verdachte nog eens wordt gehoord, ditmaal door de rechtbank en via een andere tolk.
Hoe is de situatie in andere Europese landen? In mijn vorige column ben ik al ingegaan op de situatie in het Verenigd Koninkrijk. In Denemarken zijn in april vergelijkbare plannen doorgevoerd: uitbesteding met als gevolg slechtere betaling.4 In Oostenrijk is nog geen sprake van commerciële bemiddelaars, maar het aantal beëdigde tolken en vertalers is er door de slechte honoraria binnen een paar jaar verminderd van 1400 naar 720.5
De situaties in Frankrijk en met name Duitsland zijn veel beter. De actievoerende tolken en vertalers in Nederland vragen om een beloningssysteem naar Duits model. Laten we hopen dat de betere situatie in Duitsland het Ministerie tot voorbeeld dient.
Noten
1 Zie o.a. https://www.nrc.nl/nieuws/2020/01/13/tolken-willen-erkenning-en-geld-a3986699
2 Resolutie van de Actiegroep Registertolken en -vertalers: https://actie.degoedezaak.org/petitions/resolutie-van-de-actiegroep-registertolken-en-vertalers
3 https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32010L0064&from=NL
4 ‘Denmark’s interpreters join in opposition to ‘unfit’ new system’, https://www.thelocal.dk/20190412/denmarks-interpreters-join-in-opposition-to-unfit-new-system
5 ‘Der Schwund der Gerichtsdolmetscher’, https://orf.at/stories/3141308/
Reageren? info@tijdschrift-filter.nl.