Vertaaldag  Archief

2024

2023

2022

2021

2020

2019

2018

2017

2016

2015

2014

2013

Taal is politiek en enkele uitweidingen

Vicky Francken

Eén van mijn favoriete hedendaagse Franse dichters is Jean-Michel Espitallier, die naast dichter ook drummer is. Zijn werk ademt geestdrift en dat levert niet zelden zeer geestige taaluitingen op. Wanneer ik Jean-Michel Espitallier lees, is het alsof ik met een groeiend waarnemingsvermogen de wijde wereld in stap, zelfs terwijl ik in werkelijkheid gewoon thuis achter de computer zit. (Of vóór de computer? Dit is één van die taaleigenaardigheden waarover verschillende sprekers verschillende meningen zijn toegedaan. Als je er het advies van Onze Taal op naslaat, lijkt er in dit geval toch eerder sprake van áchter, aangezien ik niet simpelweg naar mijn beeldscherm staar – zoals naar een televisiescherm, waar mensen vóór zitten – maar ook daadwerkelijk actief aan het werk ben. Ik zit áchter mijn computer, zoals ik ook achter het stuur zou kunnen zitten – hoewel, ik heb geen rijbewijs, dus dat eerste is een stuk veiliger voor iedereen. Misschien dat de taalpolitie me berispt als ik eventjes voor mijn computer zit, omdat dat betekent dat ik maar wat zit te niksen; maar liever dat dan door de ‘gewone’ politie te worden aangehouden wegens wegpiraterij. Dit terzijde. Terug naar Espitallier.)

18.15_omslag

In de bundel Salle des machines (Flammarion, 2015) staat het gedicht ‘Douze ans passèrent’ (Twaalf jaren gingen voorbij), waarin we getuige zijn van een gesprek tussen twee stemmen die niet alleen allerhande uitdrukkingen verhaspelen, maar ook nieuwe woorden verzinnen en redetwisten over de betekenis van woordgeslachten. Vooral dit laatste leidde tot interessante vertaalvraagstukken, omdat het woordgeslacht in het Frans en het Nederlands natuurlijk niet altijd hetzelfde is. De grammaticale structuur van de taal suggereert ineens een betekenisvol verband, als je deze twee stemmen moet geloven. Een voorbeeld: ‘Le nom ange est masculin, le nom bête est féminin.’ Dit heb ik uiteindelijk vertaald als: ‘Het zelfstandig naamwoord engel is mannelijk, het woord duivel ook.’ Waar de auteur ervoor kiest om de mannelijke engel tegenover de vrouwelijke duivel te plaatsen, lijkt de Nederlandse vertaling wel een feministisch weerwoord! Waarbij kritische lezers waarschijnlijk meteen zullen opmerken dat de auteur in kwestie mannelijk is en de vertaler ‘toevallig’ vrouwelijk. Als je niet nadenkt over de lading van woorden, beweer je al snel veel meer dan je eigenlijk zou willen beweren. Juist daarom en om zo dicht mogelijk bij de strekking van de brontekst te blijven, heb ik waar mogelijk natuurlijk naar vergelijkbare woorden gezocht, die wél overeenkwamen in woordgeslacht. Hier bijvoorbeeld:

Par exemple le mot fleuve désigne un fleuve, c’est un nom qui ne désigne pas un mot mais un fleuve, même si le fleuve est aussi un mot. Or si un fleuve n’est pas un mot, le mot fleuve n’est pas un fleuve. C’est un mot. Et ce mot est un nom.
- Je ne vous le fais pas dire.
Et un nom masculin parce que le fleuve montre ses muscles.
- Je ne vous le fais pas dire.
Le nom rivière est féminin.
- C’est du machisme (masculin) !

Het woord stroom, bijvoorbeeld, verwijst naar een stroom, het is een naamwoord dat niet verwijst naar een woord maar naar een stroom, ook al is stroom ook een woord. Maar hoewel een stroom geen woord is, is het woord stroom geen stroom. Het is een woord. En dat woord is een zelfstandig naamwoord.
- Wat u zegt.
Een mannelijk zelfstandig naamwoord wel te verstaan, want een stroom toont zijn spieren.
- Wat u zegt.
Het woord rivier is vrouwelijk.
- Wat een mannenpraat (mannelijk)!

Soms leek het echter juist betekenisvol en een bewijs van trouw aan de brontekst om de zaken om te draaien:

Le nom femme est féminin.
- Le nom féminin est masculin.
C’est quelque chose ! Le nom aurore est féminin.
- Le nom soir est masculin.

Het naamwoord vrouw is vrouwelijk.
- Het naamwoord mannelijkheid is ook vrouwelijk.
Het is wat! Het naamwoord dageraad is mannelijk.
- Het naamwoord schemering is vrouwelijk.

Waar de auteur letterlijk opmerkt dat hoewel het woord vrouw vrouwelijk is, het woord féminin toch mannelijk is, gaat dat voor het Nederlands niet op! ‘Vrouwelijkheid’ is in het Nederlands ook gewoon vrouwelijk en ‘het vrouwelijke’ is zelfs onzijdig, wat we hier al helemaal niet kunnen gebruiken. Daarom koos ik ervoor de paradox weer te geven door erop te wijzen dat het woord ‘mannelijkheid’ vrouwelijk is, wat in het Nederlands ten minste wel grammaticaal juist is.

En waar aurore in het Frans vrouwelijk is, is dageraad toch echt mannelijk. Het lijkt hier echter in eerste plaats om de tegenstelling te gaan, dus dan maar een vrouwelijk avond-woord erbij gezocht: de schemering.

Als je inhoudelijk naar dit stukje tekst kijkt, zou je natuurlijk kunnen zeggen: Maar wat als de auteur zou willen zeggen dat de dag begint met vrouwelijkheid en eindigt met mannelijkheid? Dan heeft de vertaler het hier toch helemaal omgedraaid: de dag begint mannelijk en eindigt in het Nederlands ineens vrouwelijk… met alle implicaties die dat in zich draagt.

Of je nu denkt aan kracht of zachtheid, aan ratio of emotie, aan daadkracht of twijfel – volgens mij komt het er uiteindelijk op neer dat in deze tekst de oneindige tegenstrijdigheden van de taal – en de mens zelf – worden getoond. Het gaat erom dat een binair stelsel van wel of niet, man of vrouw, zwart of wit tekortschiet. De wereld, de taal, de mens: steeds zit de rijkdom hem in de schakeringen.

Misschien zijn er lezers die zich ondanks mijn argumenten bedrogen voelen. Die lezers zou ik willen beloven: ik ben me ervan bewust dat taal altijd politiek is, zelfs zonder dat je het zou willen, en juist daarom ben ik met beleid te werk gegaan. Een laatste voorbeeld om dat te bewijzen:

‘La vérité, le mensonge.’

‘De waarheid, vrouwelijk. De leugen, oorspronkelijk vrouwelijk, nu ook mannelijk…’

Om de mannen, die misschien eerder benadeeld werden, een beetje tegemoet te komen, koos ik ervoor om de aanduiding (m/v) hier niet te vervloeken maar juist in te zetten om de vrouwen op zijn minst medeplichtig te maken. Het Nederlandse woord leugen is niet, zoals in het Frans, mannelijk, maar van oorsprong vrouwelijk. Tegenwoordig echter worden beide geslachtsaanduidingen goedgekeurd. De leugen, als de appel waarvan Eva at en die ze vervolgens met Adam deelde… blijkt vrouwelijk en mannelijk en alles daar tussenin: menselijk vooral.

 

Vicky Francken (1989) is dichter en vertaler, en jurylid voor de Filter Vertaalprijs 2018. Eerdere bijdragen van Vicky Francken verschenen in Filter 20:1 en Vrijdag Vertaaldag 2016: Week 2.