Als een boek vertaald is door een bekende schrijver, dan prijkt de naam van die vertaler vaak prominent op het boekomslag. Zeker als het vertaalde boek geschreven is door een onbekende auteur, fungeert de naam van de (bekendere) vertaler als reclame. In sommige gevallen lijkt het me zelfs waarschijnlijk dat het boek nooit vertaald zou zijn als die beroemde schrijver zich niet aan het vertalen ervan had willen wijden. Zo’n geval is het boek Border Country (1960) van de Welshe auteur Raymond Williams, dat onlangs als Grensland in het Nederlands werd vertaald door schrijver Gerbrand Bakker.
Bakker is bekend van romans als Perenbomen bloeien wit, Boven is het stil en De omweg. De Engelse vertalingen van die boeken zijn eveneens geroemd. Voor The Twin (Boven is het stil) ontving Bakker de IMPAC Dublin Literary Award, 100.000 euro waard, waarvan een kwart toekwam aan de vertaler, David Colmer. De veelgeprezen openingszin van deze roman, ‘Ik heb mijn vader naar boven gedaan,’ zet ook in het Engels, ‘I’ve put Father upstairs,’ krachtig de toon voor de rest van het boek. Dit jaar maken Bakker en Colmer kans op dezelfde prijs voor de vertaling van De omweg (The Detour). Voor deze vertaling wonnen beiden eerder al de Independent Foreign Fiction Prijs (IFFP), een jaarlijkse literaire prijs van 10.000 euro voor het beste in het Engels vertaalde werk. Nu heeft Bakker, die al vier jaar niet meer werkt aan een nieuwe roman, zelf de vertaalpen opgepakt.
In een interview voor het radioprogramma Nooit meer slapen geeft Bakker aan dat hij op het spoor kwam van Border Country door een vriend met een Welshe geliefde. Hij vond het boek meteen mooi en stapte ermee naar zijn uitgever. Die was ook enthousiast en vroeg Bakker het te vertalen. Omdat Bakker op dit moment niet werkt aan een eigen boek, kwam dit vertaalwerk hem goed uit: het gaf structuur aan zijn dag en maakte hem productief. Net als tuinieren, wat hij veel doet in de tuin bij zijn huis in de Eifel, is vertalen noeste arbeid, en dat doet hij graag.
Grensland is een familiegeschiedenis waarin een jongen, Matthew Price, centraal staat die van zijn geboortedorp Glynmawr in Wales naar Londen verhuist om carrière te maken. Hoofdstukken over de jeugd van Matthew en het leven in het dorpje in de jaren twintig en dertig (ten tijde van de spoorweg- en mijnwerkersstakingen) worden afgewisseld met hoofdstukken in het nu (de jaren zestig), als de vader van Matthew ernstig ziek is en Matthew hem bezoekt. Langzaam wordt duidelijk hoe groot de kloof is tussen het dorpse leven in Glynmawr en het leven dat Matthew in Londen is gaan leiden. Exemplarisch voor de generatiekloof zijn de stroeve dialogen tussen Matthew (bijnaam ‘Will’) en zijn vader Harry, die seinwachter van beroep was bij de spoorwegen:
‘Ik doezel steeds weg,’ zei Harry. ‘Maar ik luister naar de treinen.’
‘Je moet slapen.’
‘Ik ben de treinen gewend, Will. Het is niet erg.’
‘Goed.’
‘Hoe verliep je reis, Will?’
‘Heel goed. Dat verbaasde me.’
[…]
‘Wat was het, de trein van vijf over acht vanaf Paddington?’
‘Ja. Ik haalde hem net.’
‘Dat was vast vervelend voor je, Will. Je werk achterlaten.’
‘Nee, nee. Het geeft niet.’
‘Het is vervelend,’ zei Harry nog eens.
Daar was de wrevel en het ongeduld waar hij net aan gedacht had.
In het nawoord bij de roman geeft Bakker aan dat het vertalen ‘geen gemakkelijke taak’ was, en dat dat vooral te maken had met de aard van de dialogen, waarin de stugheid van de dorpse karakters tot uiting komt. Hij schrijft: ‘Het is of Raymond Williams de moeite die zijn hoofdpersonen hebben met het uiten van hun gevoelens heeft willen vangen in de dialogen. Stroef, taai, zoekend en tastend. Het is of ze allemaal in een geheel eigen wereld leven, werelden die botsen als ze beginnen te praten.’ Die eigenheid van de karakters heeft Bakker prachtig in het Nederlands weten over te brengen.
Is het boek van Williams een aanrader voor mensen die van het werk van Bakker houden? Grensland is een langzame, langgerekte, traditionele familiekroniek. In dat opzicht verschilt dit boek van het werk van Bakker. Ook de uitgebreide natuurbeschrijvingen uit Grensland ontbreken in het werk van Bakker zelf.
Toch roepen de lyrische landschapsimpressies in de roman van Williams wel een zelfde rurale sfeer op als de romans van Bakker.
Op deze oktobernamiddag konden ze hun eigen land voelen: de knusse boerderijen met rotzooi op het erf, de honden in de schaduw van de overgroeide muurtjes, het veepad in het veld onder de boomgaard, de langgerekte weilanden, zo gevormd door de ligging van het dal, waarin het vee graasde, de rode aarde in het vers geploegde land tussen dichte houtwallen, de met elzen omzoomde beken, kronkelend, in elkaar uitmondend, de hoger gelegen varen- en beemdgrasvelden waar schapen voor houten schuren lagen, heel af en toe een witte muur, de ramen op het zuiden om het zonlicht te vangen, de zwarte, rechte lijn van de bergen, de schapenmuurtjes in een cirkel.
In het radio-interview voor Nooit meer slapen zegt Bakker, die in een ver verleden vertaler van ondertitels is geweest, dat hij graag nog veel meer zou willen vertalen. Tijdens het schrijven van De omweg, waarin één gedicht van Emily Dickinson een grote rol speelt, vertaalde hij al diverse gedichten van Dickinson. Helaas zijn die niet gepubliceerd. Wat Bakker als vertaler nog meer voor ons in petto heeft, is nog even afwachten. Maar deze vertaling is veel belovend en de keuze voor een zo onbekende maar nog steeds houdbare roman uit de jaren zestig is verrassend en prijzenswaardig. Dit vertaaldebuut maakt net zo nieuwsgierig naar zijn volgende roman als naar nieuw vertaalwerk van zijn hand. Het is dan ook te hopen dat hij zich vaker in dit grensland zal begeven.