O crassum ingenium! Suspicor fuisse Batavum.
Wat een plompe geest! Dat moet een Hollander wezen.
Erasmus, Colloquia
De nieuwe Joycevertaling is een drievoudig schandaal.
Eerste schandaal: twee amateurs proberen de moeilijkste roman uit de wereldliteratuur te vertalen en produceren een potpourri van krankzinnige vertaalflaters, ridicule registerfouten en melige mopjes. Geen wonder bij heren die de Beatlessong ‘Why don’t we do it on the road’ ooit hebben weergegeven als ‘Ik wil je neuken in de kont’.
Tweede schandaal: ze slagen erin het prul te publiceren in de prestigieuze Perpetuareeks, terwijl er al twee leesbare vertalingen van dit modernistische meesterwerk bestaan.
Derde schandaal: Hollandse en Vlaamse recensenten hebben nauwelijks kritiek op dit monument van onvermogen. Kranten spreken over ‘prijzenswaardige bravoure’ (NRC Handelsblad), ‘een prachtboek’ (De Morgen) en ‘een uitstekende nieuwe vertaling, zwierig en vol panache’ (Standaard der Letteren).
Beide vertalers bazuinen al jaren rond dat de bestaande vertalingen geen recht doen aan Joyce. Uit hun eigen vertaling in het Polderlands blijkt dat ze Ulysses beschouwen als een opeenstapeling van rariteiten, terwijl die roman in feite grotendeels in idiomatisch Engels is geschreven.
Ik geef één voorbeeld van de talloze uitglijers waartoe hun misvatting leidt. Op pagina 180 staat: ‘Zijn langzame voeten liepen hem al lezend in de richting van de rivier.’ De zin is de weergave van ‘His slow feet walked him riverward, reading.’ De vertalers beseffen niet dat het Engelse werkwoord ‘walk’ overgankelijk gebruikt kan worden en het Nederlandse ‘lopen’ niet. Hun versie is gekke kromtaal, terwijl de vorige vertalers de zin wel correct weergaven. John Vandenbergh heeft hier: ‘Hij las terwijl zijn trage voeten hem rivierwaarts leidden,’ wij vertalen: ‘Terwijl hij las voerden zijn voeten hem traag naar de rivier.’
Telkens weer lopen deze naïeve vertalers in de valkuil van de letterlijkheid. Zo vertalen zij ‘absurd name’ (gekke naam) als ‘absurde naam’, ‘pantomime’ (revue) als ‘pantomime’ en ‘world without end’ (tot in de eeuwen der eeuwen) als ‘wereld zonder end’. Volgens de recensente van De Standaard der Letteren zijn ‘barbacanen’ en ‘onontworstelbare modaliteit’ typische Joycewoorden. In feite zijn beide gedrochten verzinsels van onze vertaalklunzen: ‘barbacans’ zijn gewoon ‘schietgaten’ en ‘ineluctable’ is ‘onontkoombaar’.
Alle registergevoel is dit duo vreemd. Doorlopend vervangen ze de gewoonste uitdrukkingen door slang of pure fantasie. Waar de Ierse Buck Mulligan zegt ‘my twelfth rib is gone’ (mijn twaalfde rib is weg), zegt de Bataafse Buck Mulligan ‘mijn twaalfde rib is pleite’ (B&H 29). Het Engelse ‘westering’ (ondergaand) wordt ‘westelijkend’ (wat in het Nederlands alleen van de wind kan worden gezegd). Simpele ‘jugs’ veranderen in dialectale ‘kannekes’ (B&H 416), het Ierse ‘curate’ (letterlijk ‘hulppriester’, een grappige omschrijving van een kroeghulpje) wordt een ‘curaat’ (een dwaas bedenksel).
Deze enkele voorbeelden zijn representatief voor het geheel. Met een opsomming van flaters in deze versie kan ik makkelijk een nummer van Filter vullen. Om uw geduld niet op de proef te stellen, lieve lezer, beperk ik me tot de allereerste pagina.
Het begin zet de toon. ‘Stately, plump Buck Mulligan came from the stairhead, bearing a bowl of lather’ wordt vertaald als ‘Statig kwam plompe Buck Mulligan uit het trapgat met een bekken schuim.’ Ik tel hier vier fouten.
Het adjectief ‘plump’ vertalen als ‘plomp’ is al meteen een beginnersfout. De vertalers hebben nog nooit gehoord over ‘valse vrienden’ (false friends): ‘plump’ betekent niet ‘plomp’, maar ‘gezet, dik’. De Franse, door Joyce zelf nagekeken vertaling zegt correct ‘dodu’ (mollig, poezelig, rond, dik). De vertalers volharden in hun plompheid door in het zeventiende hoofdstuk Bloom de ‘plompe’ meloenen van Molly’s achterste te laten kussen.
De wending ‘plompe Buck Mulligan’ zonder lidwoord is een puur anglicisme. Je zegt in het Nederlands ‘de moeilijke Joyce’ en niet ‘moeilijke Joyce’. Onze Bataven kennen geen Nederlands.
De weergave van ‘a bowl of lather’ als ‘een bekken schuim’ is twee keer fout. In deze context is ‘lather’ niet gewoon schuim, maar specifiek scheerschuim. Een ‘bowl’ is geen ‘bekken’ (in het Engels ‘basin’), maar een ‘kom’ (bowl). Een scheerbekken (barber’s basin) is het grote bekken waarin barbiers vroeger scheerschuim maakten. Joyce gebruikt altijd het precieze woord: Buck Mulligan heeft uiteraard geen scheerbekken, maar een scheerkom bij zich. Beide vertalers zijn sloddervossen zonder zin voor historische realia.
De vijfde fout staat in de zin ‘Kom naar boven, jij schrikkelijke Jezuïet’ (Come up, you fearful Jesuit). De vertalers geven ‘fearful’ hier ten onrechte een actieve betekenis (verschrikkelijk) in plaats van een passieve (vreesachtig, bang). Joyce zinspeelt hier bij monde van Buck Mulligan op een passage uit Shakespeares Romeo and Juliet (III, 3, 1): ‘Romeo, come forth, come forth, thou fearful man.’ De vertalers kennen hun klassieken niet en zijn te lui om een commentaar te raadplegen.
De zesde fout is ‘ernstiglijk’, waar het Engels gewoon ‘gravely’ heeft. Het maffe pseudo-archaïsme is door niets te motiveren.
De zevende fout is het verzinsel ‘strotgorgelend’ voor het heel gebruikelijke ‘gurgling in his throat’ (gorgelend). De vertalers kennen, zoals we weten, geen enkel idioom en al evenmin Nederlands.
De achtste fout is een anglicisme: ‘made rapid crosses’ (maakte snel kruisjes) wordt ‘maakte snelle kruisjes’. Bij de typisch Engelse constructie van het ‘transferred epithet’ (verplaatste epitheton), vervangt een adjectief bij een substantief een bijwoord in de zin: bijvoorbeeld ‘he smoked a quiet cigar’ (hij rookte op zijn gemak een sigaar). Niet gehinderd door enige taalkundige kennis vertalen deze knoeiers letterlijk. Zo wordt Joyce natuurlijk een exotische schrijver.
De negende fout is weer een valse vriend: ‘gegreind’ in plaats van ‘gevlamd’ als weergave van ‘grained’. De tiende fout is ‘vaal eiken’ voor ‘pale oak’ (blank eiken). Om hun versie een schijn van originaliteit te geven vervangen de vertalers systematisch de correcte termen bij hun voorgangers door minder juiste of zelfs foutieve termen.
De elfde fout is ‘smartly’ dat ‘vlot’ wordt in plaats van ‘kwiek, vief’. De ‘prekerstoon’ (preacher’s tone) is een anglicisme voor ‘preektoon’ (twaalfde fout).
Het flauwe woordgrapje ‘eucharistine’ voor het pregnante ‘christine’ is een goed voorbeeld van oververtaling. Joyce gebruikt in Ulysses dergelijke portmanteauwoorden niet of nauwelijks. Nog slechter van kwaliteit is de woordspeling ‘lichaam en ziel en blut en wonden’ (een allusie op ‘O Haupt voll Blut und Wunden’ uit Bachs Matthäuspassion). De vertalers zien niet in dat een grafische woordspeling (bloed > blut) in een gesproken zin niet werkt. Laatste fout op deze bladzijde: ‘gents’ (heren) worden om onnaspeurbare redenen ‘damesheren’. Joyce knarsetandt in zijn graf.
Vijftien fouten is de flateroogst van deze ene bladzijde. De vertaling is zowat negenhonderd bladzijden dik. Ruw geschat bevat deze Ulixes in het Bataafs dus tienduizend fouten. Dat moet een wereldrecord zijn bij het vertalen van een boek waarvan al twee behoorlijke versies bestonden. Om in de melige stijl van de auteurs te besluiten: plomp dat plompe prul maar in de plomp.