Richard Robinson, Jij valt op hem, Hij niet op jou: Waarom alles altijd fout gaat in de liefde. Vertaald door Fanneke Cnossen. Utrecht: A.W. Bruna, 2007.
Bij het inluiden van de manifestatie Amsterdam Wereldboekenstad constateren de zelfbenoemde ‘stadswachten’ Lodewijk Brunt en Kees Tamboer op 22 april in Het Parool dat Amsterdam altíjd een wereldboekenstad is, met het Spui als brandpunt. De twee grootste algemene boekhandels van Nederland zijn hier, Scheltema en Athenaeum, plus de twee grootste Engelstalige boekwinkels, The American Book Center en Waterstone’s. Scheltema is als Selexyz Scheltema uitgegroeid tot een boekenwarenhuis op Amerikaanse leest. De afdeling Economie is Marketing & Management geworden. Vooral ook Zelfmanagement: Can do!, Jij bent aan zet, Winnen, zo doe je dat!
Tot zover Brunt en Tamboer. Dat ‘zelfhulpboeken’ een belangrijk marktsegment zijn geworden, was mij de laatste tijd ook al opgevallen, vandaar dat ik er in deze rubriek een recensie aan wilde wijden. Daarbij was het mij vooral te doen om de kleine, handzame boekjes met tips voor zelfontplooiing, gericht op een groot publiek. Omdat van dit lezerspubliek niet per se beheersing van vreemde talen wordt verwacht, zijn hiervan op de Nederlandse markt meestal alleen Nederlandstalige edities beschikbaar. Vandaar dat ik mij dit voorjaar, inderdaad, naar het Spui begaf om binnen een straal van vijfhonderd meter een vertaling en een origineel bij elkaar te zoeken. Bij Athenaeum was het begrip ‘zelfhulpboek’ onbekend en werd ik aarzelend verwezen naar de afdeling psychologie, waar ik niets van mijn gading vond; bij The American Book Center hebben ze er een speciale afdeling voor, bij Scheltema zelfs twee hele verdiepingen: behalve naar de hierboven genoemde afdeling Marketing & Management werd ik verwezen naar de afdeling ‘zweverig’ (aldus de persoon aan de informatiebalie) één verdieping lager.
Niettemin was mijn keus beperkt. In de categorie ‘zweverig’ bleken veel boekjes te bestaan uit bijeengesprokkelde citaten uit allerlei talen, meestal zonder duidelijke bronvermelding en nooit met een vermelding van de bron van de vertaling. Bovendien heb ik niet voldoende verstand van dit genre om er een recensie aan te wijden. Verder bleek een groot deel van het aanbod te bestaan uit herdrukken, die voor bespreking in Filter minder in aanmerking komen. Overigens blijkt hieruit wel de populariteit en de marktwaarde van het genre. Mijn vraag beperkte zich dus tot: ‘Hebt u voor mij een zelfhulpboek?’ ‘Waarover?’ ‘Doet er niet toe, als het maar recent is.’
Uiteindelijk viel mijn keus, tamelijk willekeurig, op Jij valt op hem, Hij niet op jou. Al meteen in de titel valt een aanzienlijke verschuiving op. De oorspronkelijke titel luidt: Why the one you fancy never fancies you; sekseneutraal dus, terwijl de Nederlandse titel zich richt op een vrouwelijk publiek. Het boek is echter door een man geschreven en de inhoud is gericht op vrouwen én mannen. Ook de achterflap verschilt. Al gaat het daar niet om een echte vertaling, ‘Richard Robinson gaat op zoek naar de wetenschappelijke verklaringen voor al het gestuntel op onze weg naar het ultieme geluk’ suggereert een net iets serieuzere benadering dan ‘Richard Robinson explains the tricks our desperate minds pull when trying to cope with love’. De Engelse versie is volgens het achterplat door de uitgever dan ook ondergebracht in het fonds ‘Humour’.
De ondertitel levert al meteen een van de grootste vertaalproblemen op. Murphy’s Laws of Love is vertaald als Waarom alles altijd fout gaat in de liefde. Een zinvolle explicitering, al gaat de verwijzing naar Murphy’s Law ermee verloren. Maar deze vermijdingsstrategie is moeilijk vol te houden: vanaf de allereerste zin wemelt het boek van de ‘Murphy’s Laws’. ‘Murphy’s law’ is een te pas en te onpas gebruikt begrip van onduidelijke herkomst. Volgens de Compact Oxford English Dictionary verwijst het naar ‘a supposed law of nature, to the effect that anything that can go wrong will go wrong’. In de dikke Webster komt de term niet voor. Uit informatie op internet blijkt dat de veronderstelde inhoud en formulering van deze veronderstelde natuurwet nogal varieert en dat het zelfs de vraag is of hij door ene Murphy is geformuleerd, en zo ja door welke Murphy dan. Taalkundig liggen de zaken duidelijker. De woordcombinatie wordt in de woordenboeken syntactisch opgevat als één, niet-telbaar zelfstandig naamwoord en semantisch valt het begrip in de categorie natuurwetten. Volgens de Van Dale Engels-Nederlands dient het te worden vertaald als ‘de wet van Murphy’, en als zodanig is het ook opgenomen in de dikke Van Dale. Deze factoren beperken de mogelijke collocaties. Waar in de brontekst met het meervoud ‘Murphy’s Laws’ van meet af aan duidelijk is dat het niet om dé wet van Murphy kan gaan, maar dat er gedoeld wordt op varianten en pastiches, wordt in de Nederlandse versie tot grote verwarring van de lezer op bijna elke pagina een nieuw axioma als dé wet van Murphy gepresenteerd.
Is deze verwarring nog te verklaren – maar niet te verontschuldigen – vanwege het vertaalprobleem, voor veel van de overige vertaalfouten gaat dat niet op. Alleen al met de fouten in de vertaling van de inleiding zouden kolommen van dit Filter-nummer te vullen zijn: fouten die voortkomen uit slordig lezen van de brontekst en/of onvoldoende beheersing van het Engels en fouten die voortkomen uit slordigheid in en onvoldoende beheersing van het Nederlands. En dat van een vertaalster die volgens de catalogus van de Koninklijke Bibliotheek ruim dertig vertalingen op haar naam heeft staan (fictie en non-fictie, voor een groot deel in de categorie ‘zweverig’) en tevens optreedt als tekstredacteur. Een greep uit de voorbeelden:
‘De spirit uit de schuilkelder waart rond. En de lieveling van die macht zingt: We’ll meet again, don’t know where, don’t know when…’ ‘Macht’ kan in deze formulering uitsluitend verwijzen naar ‘spirit’. Wie of wat is die spirit? En wie is diens lieveling? In het Engels stond hier: ‘The spirit of the bomb shelter is here. The darling of the forces is singing: We’ll meet again…’ ‘Spirit’ zou hier inderdaad vertaald kunnen worden als ‘spirit’ (geestkracht, pit, fut), maar die kan niet rondwaren als een spook of geest, die heerst. En de ‘darling of the forces’ is de lieveling van de troepen, niemand minder dan Vera Lynn met haar beroemde hit uit WOII.
‘We hebben allemaal een “differentiatiemotor”, volkomen onmogelijk om de dingen juist in te schatten maar blijmoedig vergelijken we wel het een met het ander.’ Een zin die aan alle kanten rammelt en volkomen onbegrijpelijk is. In het Engels: ‘We are [zijn] all “difference engines”, almost incapable [niet in staat] of accurate measurement but happy to compare one thing with another’: een correcte samengestelde zin met drie naamwoordelijke gezegdes. Ook verderop blijft het beeld van de ‘difference engine’ – het idee dat de mens geneigd is verschillen te zien waar ze niet zijn – zorgen voor verwarring, zowel bij de vertaalster als bij haar lezers. Soms is het vertaald als ‘verschil in onderscheidingsvermogen’, wat iets heel anders is. Helemaal vreemd is de uitspraak ‘Het verschil in onderscheid [sic] heeft een golf tussen mannen en vrouwen gecreëerd die er kennelijk [BT ‘plainly’] niet is.’
‘Gezegd wordt wel dat de meeste vrouwen hun echtgenoot zo lichtvaardig kiezen als ze met een auto nog niet eens zouden doen.’ Geen stijlbloempje, en door de verkeerd weergegeven betekenis gaat het grapje de mist in. Het Engels luidt: ‘Most women, it is said, select their husband in lighting [bij een belichting] they would not choose a car by.’
‘Net als in een wetenschappelijk werk bestuderen we ontrouw met statische accuratesse en ontdekken we wat er aan de hand is, wat ons evengoed altijd weer verbaast en schokt.’ Ook hier is de ironie van de brontekst niet gezien of niet begrepen: ‘Just as a scientific book should do [Zoals het in een wetenschappelijk boek betaamt], we study infidelity with statistical rigour and find that it happens [ontdekken/concluderen dat het voorkomt]; something which nevertheless always surprises and shocks us.’
Dan een ongelukkige combinatie van metaforen: ‘Mensen stappen met een armada vol hoop en beste wensen in het huwelijksbootje…’ Het Engels heeft wel ‘the full armada of hopes and best wishes’ (waarbij van armada het figuurlijke gebruik wel in Engelse woordenboeken wordt gegeven maar niet in de Nederlandse Van Dale) maar stapt niet met die hele vloot een bootje in.
‘Bij tweede huwelijken draait de wet van Murphy op volle toeren. Wat mis kan gaan, gaat ook mis, en als je niet oppast, herhaalt zich dat keer op keer.’ Dat kan waar wezen, maar zo staat het niet in de brontekst: ‘Murphy’s Laws of Love are fully in support of the second marriage. Whatever can go wrong will go wrong, and will do so repeatedly if given the chance.’ Mijns inziens wordt hier in de eerste plaats beweerd dat de wet van Murphy wordt gestaafd door tweede huwelijken. En dat die ook weer mislopen, vloeit eveneens uit die wet voort.
Wanneer de auteur constateert dat testosteron een heel scala aan eigenschappen met zich meebrengt vraagt hij zich af waarom dat zo is. ‘Een evolutionair ongelukje? Een bijeffect van testosteron? Als je er een hebt, sleur je de ander mee, of je dat nu wilt of niet?’ De lezer vraagt zich hierop af: Waarvan heb je er een? Welke ander sleur je mee, en waarin dan wel? In het Engels staat er: ‘If you have one, you get the other thrown in.’ Oftewel: Heb je het ene, dan krijg je het andere er gratis bij.
‘De vrouwelijke oeverspin eet haar mannetje vaak vóór de seks op. Merkwaardig, want hij wordt niet met uitsterven bedreigd.’ Alweer zo’n curieuze uitspraak die naar de brontekst doet grijpen: ‘The female fishing spider often eats her mate before sex. Curiously, it is not as endangered a species as it ought to be [Merkwaardig genoeg is de soort niet zo met uitsterven bedreigd als je op grond hiervan zou denken].’
Een als een ‘wet van Murphy’ gepresenteerde uitspraak van Errol Fynn: ‘My problem lies in reconciling my gross habits with my net income.’ De grap zit in de dubbelzinnigheid van ‘gross’, dat zowel ‘bruto’ als ‘bruut’ of ‘schunnig’ kan betekenen. Niet alleen is deze grap door de vertaalster niet gezien, ze speelt het ook nog eens klaar de niet-grappige betekenis foutief weer te geven: ‘Mijn probleem is dat ik mijn bruto gewoonten in overeenstemming breng met mijn netto inkomen.’ Als iedereen dat deed, was schuldhulpverlening overbodig. Het gerundium ‘reconciling’ moet hier niet vertaald worden met een stellend ‘dat ik in overeenstemming breng’, maar met een problematiserend ‘hoe ik overeenstemming kan brengen’.
Tot slot nog deze: ‘Geoffrey Miller laat zien dat zich in het parlement omhoogwerkende politici weinig meer zijn dan seksuele verlokkingen op hetzelfde niveau als waarop de pauw zijn staart opzet.’ Zijn politici seksuele verlokkingen? Een originele gedachte, maar zou de auteur dat heus beweren? ‘Geoffrey Miller sees the display that politicians mount [beschouwt de vertoning die politici opvoeren] in Parliament as little more than sexual come-on on a level with the peacock flashing his tail.’ Het lijkt erop dat ‘sees the display that’ is gelezen als ‘displays that’, dat dus niet gezien is dat ‘display’ hier een zelfstandig naamwoord is en het object van ‘mount’, dat ‘mount’ vervolgens overschoot en dan maar vertaald is als ‘zich omhoogwerkend’. Slordigheid, gebrek aan talenkennis, onbenul, desinteresse of een combinatie van dit alles?
Ook al staat het boek vol psychologische en biologische weetjes, de auteur komt er rond voor uit dat hij zijn onderwerp niet al te serieus neemt. Het is vermakelijke, goed geschreven onzin die een lezer met liefdesverdriet wellicht zal opvrolijken. De vertaling is niet meer dan onbegrijpelijke onzin waarin de grappen grotendeels verloren zijn gegaan. Het boek valt als zelfstandige tekst eigenlijk niet te lezen. Eén slecht voorbeeld kan natuurlijk niet als maatstaf gelden voor een heel genre. Maar met een onbegrijpelijk zelfhulpboek als dit zal de Nederlandstalige lezer toch weinig geholpen zijn.