Katachtig roofdier, vijf letters, eerste letter een T, laatste letter een R…    5-11

Harm Damsma
Niek Miedema

Abstract: Over de vertaling uit het Engels van een deel van een eenvoudig kruiswoordraadsel uit de krant. Het raadsel moet worden opgelost door Sam, een eenvoudige, ietwat naïeve en ook nog dyslectische buschauffeur. De auteur Jonathan Coe beschrijft deze scène in The Rotter's club. Omdat de kans dat er tussen de Engelse woorden en woordomschrijvingen en hun Nederlandse equivalenten een correlatie van één op één bestaat vrijwel nihil is en Sam een gebrekkig taalgevoel heeft, vergt het oplossen van het raadsel veel inventiviteit van de vertalers.

 

Birmingham, 1976. Een huiselijk tafereeltje. Een echtpaar zit aan tafel. Hij (Sam) is een eenvoudige, ietwat naïeve en dyslectische buschauffeur. Zij (Barbara) is een huisvrouw die eigenlijk iets meer van het leven had verwacht.

Sam probeert een eenvoudig kruiswoordraadsel uit de krant op te lossen. Barbara is verdiept in een damesblad, althans ze doet alsof, want in werkelijkheid leest ze een tussen de pagina's verstopte, aan haar gerichte liefdesbrief van de tekenleraar van haar zoon. Het epistel staat bol van de bombast en ronkende retoriek. Op tafel, tussen de echtelieden in, ligt een woordenboek.

De scène komt uit de roman The Rotters' Club van de Engelse schrijver Jonathan Coe, een boek waarin de laatste schooljaren van een viertal vrienden worden beschreven tegen de achtergrond van de sociale onrust (stakingen, IRA-aanslagen) uit het pre-Thatcheriaanse tijdperk.

Stel dat je de beschrijving van bovengenoemd tafereel zou moeten vertalen. Geen vuiltje aan de lucht, ware het niet dat de auteur Sam het kruiswoordraadsel ook daadwerkelijk laat invullen. En de kans dat er tussen de Engelse woorden en woordomschrijvingen en hun Nederlandse equivalenten een correlatie van één op één bestaat, is natuurlijk vrijwel nihil.

Aanvankelijk lijken de problemen alleszins mee te vallen. Large feline (zeg maar: `katachtig roofdier') luidt de eerste omschrijving. Vijf letters, waarvan de eerste een T en de laatste een R. 

9-2 Tabel 1

Een fluitje van een cent, zowel voor de Engelse als de Nederlandse puzzelaar. Toch? Alleen wreekt zich hier Sams gebrekkige taalgevoel, zijn neiging om louter vanuit de eigen ervaring te denken en zijn geringe kennis van moeilijke woorden. Hij vult namelijk vrolijk 

9-2 Tabel 2

in, met in gedachten de fors uitgevallen cyperse kat van de buren die laatst nota bene nog een vos heeft verjaagd. Probleem is alleen dat de slot-R nu niet meer klopt. Voor alle zekerheid checkt Sam de betekenis van feline in het woordenboek. Hij wordt bevestigd in zijn vermoeden dat het om een kat gaat. Dus moet de R fout zijn. Die kwam van ROTTEN, wat hij had ingevuld voor de omschrijving putrid (zeg maar: `verrot').

9-2 Tabel 3

Daar moet nu iets anders voor komen. Het moet een woord zijn van zes letters, waarvan de vijfde een E is. Alleen is de eerste letter nu geen R meer maar een Y.

9-2 Tabel 4a

Eureka: YUCKEY (zeg maar: `jakkes').

9-2 Tabel 4

Nu begint 11 horizontaal echter niet meer met een T, maar met een C. De omschrijving hiervoor luidde: electrically powered passenger road vehicle running on rails, vier letters, waarvan de laatste een M. Sam zou gezworen hebben dat het TRAM was. Uit frustratie omdat hij is vastgelopen, begint hij in een andere hoek van de puzzel: round open vessel for washing hands and face, vijf letters, waarvan de eerste een B.

9-2 Tabel 5

Eindelijk iets makkelijks, denkt Sam en vult BOWEL in, in plaats van het aangewezen woord BASIN.

9-2 Tabel 6

De laatste letter (nu een L, in plaats van een N!) vormt het begin van 23 horizontaal: condition of perfect bliss, een woord van zeven letters.

Barbara stuit ondertussen in haar bevlogen liefdesbrief (`O Barbara, my paragon, callipygic enchantress, apogee of all that is pulchritudinous in this misbegotten, maculate world') op het zoveelste woord dat ze moet opzoeken: nirvana. Het woordenboek geeft: `nirvana n. (in Buddhism) condition of perfect bliss'. Het is het culminatiepunt van de scène. Zowel Barbara als Sam zijn op zoek naar de staat van volkomen gelukzaligheid. Beiden herkennen ze hem niet. Het zegt alles over hun huwelijk.

* * *

Werkt Sam zich al puzzelend danig in de nesten, voor de vertaler zijn de problemen hier helemaal niet meer te overzien. Hij moet immers rekening houden met zowel de correcte als de foutieve versie. De vrijheid om een eigen Nederlandstalige kruiswoordpuzzel te maken wordt daardoor behoorlijk ingeperkt, evenals door nog andere contextuele factoren.

Om te beginnen moet de puzzel in de door de opsteller beoogde, correcte versie sluitend en voor elke lezer moeiteloos in te vullen zijn. De lezer moet namelijk verrast worden door de onbeholpen keuzes die Sam maakt.

In de tweede plaats moeten de betreffende fouten cumulatief zijn: de ene misser moet de volgende oproepen. Bovendien moet het geloofwaardig zijn: de aard van Sams vergissingen moet voortvloeien uit zijn spellingsblindheid en gebrek aan abstraherend vermogen. Overigens moet wel voorkomen worden dat Sam zo dom wordt afgeschilderd dat hij belachelijk wordt. De systematiek die er wel degelijk in zijn domheid zit, werkt juist eerder vertederend.

In de derde plaats moeten de omschrijvingen hem aanleiding geven om regelmatig naar het woordenboek te grijpen (het beurtelings uitgesproken zinnetje `Zou je me het woordenboek even willen geven, schat?' is zo ongeveer de enige conversatie die er tussen de echtelieden plaatsvindt). Wat Sam in het woordenboek aantreft moet hem bovendien bevestigen in zijn foutieve gedachtegang.

Een vierde overweging is dat het hier een `vluggertje' betreft, een kruiswoordraadsel dat je in tien minuten kunt oplossen. Er mogen dus geen al te lange woorden in voorkomen. Hoewel dit de vertaler mogelijk meer speelruimte zou geven, kan een vier- of vijfletterwoord in het origineel dus in de vertaling niet worden weergegeven door een woord van acht of negen letters.

En tenslotte dient de humor van het tafereel behouden te blijven. Sams missers moeten grappig zijn.

Zodra we meer in detail treden wordt de ware omvang van de problemen zichtbaar. Tiger/tijger: het leek zo mooi. Maar wat te doen met tabby? Lapjeskat past onmogelijk. En vind maar eens een andere huis-, tuin- en keukentijger van vijf letters die begint met een T. Een tweede probleem is gelegen in de omschrijving. Feline is een `moeilijk' woord waarvan het voorstelbaar is dat Sam het moet opzoeken, maar dat geldt natuurlijk niet voor katachtig, waarin de kat al gegeven is. Bovendien stuurt het woord roofdier (waarvan ongetwijfeld in de Nederlandse omschrijving sprake zou zijn) al te veel in een bepaalde richting. Ook moet uiteraard het onverwachte, komische effect van de tijger die niet meer blijkt te zijn dan de brave Minoes van de buren bij voorkeur bewaard blijven.

Ook de keuze voor het tweede Nederlandse woord, dat immers op de laatste letter van het eerste aansluit, is onderhevig aan een aantal beperkingen. Sam had het aanvankelijk nota bene goed ingevuld: putrid werd ROTTEN, een woord van zes letters waarvan de vijfde een E was. Doordat hij is gaan twijfelen aan de R, en hem wil vervangen door een Y, checkt hij de betekenis van putrid nog eens in het woordenboek. Zoals feline een relatief moeilijker woord is dan katachtig, is ook putrid dat in vergelijking met `verrot’. Dit komt doordat in het alledaagse Engels sinds Willem de Veroveraar nu eenmaal veel meer woorden met een Latijnse stam voorkomen dan in het Nederlands. Sam vindt bij het nazoeken inderdaad het woord rotten als mogelijke betekenis van putrid, maar omdat TABBY zo onmiskenbaar het juiste antwoord is, probeert hij een woord voor putrid te vinden dat met een Y begint en als vijfde letter een E heeft.

De vertaler ontkomt er niet aan in deze fout mee te gaan. Hij zal een equivalent moeten bedenken voor YUCKEY. Hij zal daarbij in zijn achterhoofd moeten houden dat YUCKEY geen bijvoeglijk naamwoord is, maar een tussenwerpsel. Bovendien komt dit woord uit een register waar kruiswoordraadsels doorgaans niet uit putten. Het is spreektaal en een beetje kinderlijke spreektaal bovendien. Dat Sam het woord verkeerd spelt (moet zijn: YUCKY) verhoogt het kolderieke gehalte van zijn vondst alleen maar.

Tot overmaat van ramp is de eerste T van ROTTEN nu een C geworden, en dus mist Sam de TRAM die op 11 horizontaal op hem stond te wachten. Ook deze complicatie moet worden verdisconteerd. Het korte woord op 11 horizontaal heeft in het origineel bovendien een omschrijving die tot in het absurde toe duidelijk maakt om welk openbaar vervoermiddel het hier gaat.

Het tweede deel van de puzzel moet, alleen al om thematische redenen, hoe dan ook uitkomen op NIRVANA. Dat betekent dat het woord waarvan de laatste letter de eerste letter van NIRVANA vormt, moet eindigen op een N. Een aantal complicerende factoren komt bekend voor. Niet alleen kiest Sam weer voor een onverwachte, foutieve oplossing en maakt hij weer een spelfout om tot het vereiste aantal letters te komen, in dit geval heeft de spelfout ook nog een onbedoeld grappig effect, doordat hij zijn handen nu in een BOWEL (darm) wast in plaats van de door hem bedoelde BOWL (kom).

* * *

Wij hebben onze vertaling van de 402 bladzijden van The Rotters' Club al voltooid als we nog steeds met een oningevuld kruiswoordraadsel zitten. We besluiten van achter naar voren te werken. Dat het slotwoord NIRVANA zal zijn staat immers vast. Derhalve zoeken we om te beginnen naar een woord van bij voorkeur vijf letters dat eindigt op een N. Het moet ruimte scheppen voor een woord met dezelfde beginletter dat uit dezelfde omschrijving kan worden afgeleid, maar dat een letter minder heeft, zodat het door een spelfout tot vijf letters kan worden opgerekt. We komen uiteindelijk terecht bij het woord TREIN; de omschrijving luidt: openbaar vervoermiddel: vijf letters, waarvan de eerste een T en de laatste een N.

9-2 Tabel 7

We laten Sam hiervoor TAKSI invullen, een in tweeërlei opzicht typische Sam-fout. Immers, een taxi valt strikt genomen niet onder openbaar vervoer en ook de spelfout is gemaakt. Doordat die, in tegenstelling tot BOWEL, geen nieuw woord oplevert, is het komische effect echter goeddeels verloren gegaan.

Dat Sam na TAKSI bij de volgende omschrijving (staat van volkomen gelukzaligheid) in de problemen komt en er verontwaardigd het bijltje bij neergooit, kunnen we hem niet euvel duiden.

Het eerste deel van de puzzel zit ingewikkelder in elkaar. Een inventarisatie van het dierenrijk voert ons langs allerlei katachtigen zoals de leeuw, de poema en de panter, maar de andere kant van de vergelijking, de lapjeskat van de buren, blijft een onoverkomelijk probleem. Toch willen we het contrast tussen een groot en een klein dier bewaren, vandaar dat we onze zoektocht uitbreiden tot alle dieren van zes letters of minder. Voorwaarde is dat het dier moet eindigen op een letter die een equivalent van YUCKEY mogelijk maakt. Een woord dus als `jakkes’, `jakkie’ of `getsie’.

De eerste twee kandidaten vallen al meteen af, omdat het onmogelijk is een dier te vinden dat op een J eindigt. Vanuit `getsie’ denkend, komen we met behulp van een retrograde woordenboek onder meer de big, de zeug, de vlieg, de kidang en de bunzing tegen. Willen we `getsie’ gebruiken, dan moet uit deze voorselectie worden geput. Het gekozen dier moet met dezelfde letter beginnen als een ander dier van min of meer dezelfde soort, evenveel letters hebben, en er moet een absurd verschil zijn in grootte of habitat.

De dubbele boekhouding vereist hiernaast een correcte, naamwoordelijke versie van `getsie’, een woord dat aangeeft dat iets stinkt, vies smaakt of vuil is. Het aantal letters moet zes zijn en de beginletter moet identiek zijn aan de eindletter van het correcte dier. Woorden dus als `verrot’, `onfris’, `smerig’ of `morsig’, waarbij een van de letters in ieder geval dezelfde moet zijn als de corresponderende letter in `getsie’.

Het zoeken is nu dus naar twee dieren van evenveel letters, waarvan het foute eindigt op een G en het goede op een letter die de eerste letter kan zijn van een synoniem van `vies’ in ruime zin des woords.

Eindeloos combineren levert uiteindelijk de paren walvis-wijting en smerig-getsie op.

9-2 Tabel 8

9-2 Tabel 9

De omschrijving van het eerste gevraagde woord in de puzzel kan dan luiden: `maritiem zoogdier’. Hier vult elke puzzelaar blindelings het juiste antwoord in. Bijkomend voordeel van deze omschrijving is dat `maritiem’ een even `moeilijk’ woord is als `feline’ en dus door Sam kan worden opgezocht. Tot ons genoegen treft hij in het woordenboek het volgende aan: `maritiem (bn) [<Fr. maritime] de zee of het zeewezen betreffende.’ Alle reden voor Sam om te besluiten dat hij met `wijting’ op het goede spoor zit. Een wijting is immers een zeewezen. Of is het een zoetwatervis? Voor alle zekerheid zoekt hij `wijting’ ook maar even op. En inderdaad: deze vis wordt in de gehele Noordzee gevonden.

Het contrast groot-klein is met deze maritieme combinatie gewaarborgd. Dat Sam bij het zien van `het zeewezen’ aan een vis denkt en de notie `zoogdier’ uit het oog verliest, lijkt ons een geloofwaardige fout. Het redeneren vanuit zijn eigen ervaringswereld brengt hem bovendien eerder op een wijting, een vis die hij tenslotte wel eens op zijn bord zal zijn tegengekomen, dan bij een walvis.

De omschrijving voor het tweede woord (GETSIE) wordt `vuil.’ Het woord SMERIG dat Sam aanvankelijk had ingevuld was dan ook goed. Maar de wijting gooit roet in het eten: de S van SMERIG kan niet meer kloppen. Sam raadpleegt daarom nogmaals het woordenboek om te zien of `smerig’ eigenlijk wel een goed synoniem is voor `vuil’. Hij vindt: `1. bedorven: een vuil ei, vuile vis. 2. onrein, morsig, vies, smerig.’ Zijn eerste idee is dus toch zo gek nog niet geweest, alleen wat kan dat zeedier anders zijn dan een wijting?

Vandaar dat hij toch maar verder denkt, om tenslotte met GETSIE de oplossing te vinden. En kijk: van beide woorden is de vijfde letter een I.

Overigens is de noodzaak voor Sam om een woord als `vuil’ op te zoeken minder evident dan bij het oorspronkelijke `putrid’, iets wat we in onze vertaling enigszins hebben verdoezeld (`Maar net toen hij nog eens bij vuil wilde kijken.’) Het toevallige voorbeeld van de vuile vis geeft de vertalers echter wel de kans in Sams gedachteloop het zinnetje `Daar had je die vis weer’ in te voegen. Dit vormt een kleine compensatie voor elders geleden verlies, bijvoorbeeld het feit dat GETSIE, in tegenstelling tot YUCKEY, correct gespeld is.

Als Sam het resultaat van zijn ingreep bekijkt, ziet hij dat 11 horizontaal nu niet meer met een R (van SMERIG), maar met een S (van GETSIE) begint. Om de puzzel te completeren, hoeven we nu alleen nog maar een eenvoudig woord van vier letters te bedenken, dat via een absurd gedetailleerde omschrijving zonneklaar naar het juiste antwoord leidt. Het wordt RAMP, waarvan de laatste letter (P) vast ligt, maar hiervoor hadden we, omdat er verder geen consequenties aan verbonden zijn, in principe ieder woord van vier letters waar men een ingewikkelde beschrijving op los kan laten, kunnen kiezen. Dat het in de Nederlandse versie de vierde in plaats van de derde letter van ROTTEN/SMERIG is die het begin vormt van het nieuwe woord, maakt in principe niet uit. Wel vinden we achteraf dat we van de omschrijving (catastrofale gebeurtenis) wat meer werk hadden kunnen maken. We zijn, met andere woorden, tevreden met het resultaat, maar beseffen dat we niet in al onze oogmerken volledig zijn geslaagd. Vertalende puzzelaars en puzzelende vertalers zijn van harte uitgenodigd een alternatieve versie te construeren.