Vertaalstromen in en uit het Nederlands    72-80

Cees Koster

Abstract: Cijfermatig overzicht aan de hand van bronnen van de vertaling in en uit het Nederlands, met speciale aandacht voor de vertaalrelaties tussen de Engelstalige en de Nederlandstalige wereld.

 

Wie iets te weten wil komen over de statistieken van de vertaalstromen – voor zover het boekvertalingen betreft – vanuit en naar het Nederlandse taalgebied zal of zeer uitgebreid onderzoek moeten doen of genoegen moeten nemen met het her en der verzamelde en gepubliceerde materi­aal. In dit artikel zal ik het laatste doen, met geen andere pretentie dan een min of meer globaal beeld te schetsen van die vertaalstromen (min­der globaal dan de tendensen waarvan iedereen weet heeft en minder specifiek dan bij een echt onderzoek), waarbij uiteraard de relatie tussen de Nederlandse en de Engelse taal centraal staat1.

Heen...
In Lijst 1 worden de cijfers en percentages gegeven van het aantal verta­lingen uit het Vlaams en Nederlands voor de periode van 1958 tot en met 1997. Het gaat hierbij om boeken die door de Koninklijke Bibliotheek’ ge­signaleerd’ zijn, het gaat dus niet om een systematische, waterdichte ver­zameling2. De cijfers betreffen het aantal edities, niet het aantal titels dat is uitgegeven. Dat wil zeggen dat herdrukken ook zijn opgenomen en er tevens voor vertalingen in dezelfde taal die in verschillende landen uit­gebracht zijn (Groot-Brittannië en de Verenigde Staten, of Duitsland en Zwitserland) verschillende ingangen zijn opgenomen.

Opvallend is dat in de laatste vijf jaar het aantal vertalin­gen spectaculair is toegenomen. Het aantal vertalingen voor de periode 1993-1997 (4362) betekent een toename ten opzichte van de periode er­voor (1988-1992) met bijna 42 procent, de hoogste toename in de gehele periode (1958-1997). Bijna alle talen uit de lijst3 delen in die stijging, met als meest opvallende uitzondering het Frans, dat de in de vorige periode ingezette daling voortzet. De meest opvallende stijgers vinden we onder de kleine(re) talen: het aantal vertalingen in het Italiaans is exact verdub­beld, het aantal vertalingen in het Fries is vertienvoudigd en de vertaalproductie in het Portugees en Papiemento is vervijfvoudigd. In het geval van de laatste taal betreft het trouwens bijna uitsluitend in Nederland uitgegeven kinderboeken, die dus voor de binnenlandse markt geprodu­ceerd worden (hetzelfde patroon zien we bij het Turks).

Het mag geen wonder heten dat het overgrote deel van de uitgaven vertalingen in het Duits, Engels en Frans betreft. Frans komt hierbij gedurende de gehele periode op de derde plaats. Duits en Engels wisselen elkaar af, waarbij het Duits vanaf 1983-1987 de boventoon voert. Wanneer we kijken naar het relatieve aandeel van de verschillende talen, dan zien we overigens dat het aandeel Duits ook relatief steeds groter wordt. Voor de meest recente periode geldt dat het aandeel Duits in het aantal vertalingen uit het Nederlands bijna veertig procent be­draagt, meer dan twee keer zoveel als het aandeel Engels. De drie talen tezamen nemen in de periode 1993-1997 twee derde van het aantal verta­lingen voor hun rekening. Dat percentage is overigens lager dan in de vo­rige periodes. In de periode 1983-1987 bedroeg het gezamenlijke aandeel van de drie talen nog 74 procent. Er is dus een trend waarneembaar van diversificatie van de ‘vertaalexport’, een trend die bevestigd wordt door de gestage toename in de rubriek ‘overige talen’. Het aantal talen waarin vertaald werd bedroeg in de periode 1993-1997 in totaal 55, in de perio­des daarvoor waren dat er 39 (’78-’82), 42 (’83-’87) en 46 (’88-’92).

In Lijst 2 zijn de vertalingen uit de periode 1993-1997 ge­rangschikt naar taal (alleen de zes met meer dan 100 boeken) en rubriek, zoals ingedeeld in Het Nederlandse boek in vertaling 1993-19974. De drie be­langrijkste rubrieken, kwantitatief gesproken, zijn ‘Taal- en letterkunde’, ‘Kinder- en jeugdlectuur’ en ‘Religie’.

Bij de strijd om de eerste plaats gaat in het Duits, Engels en Italiaans de prijs naar de rubriek ‘Taal- en letterkunde’ en in het Frans, Spaans en Deens naar de rubriek ‘Kinder- en jeugdlectuur’. In alle talen nemen deze rubrieken tezamen meer dan de helft van het aantal uitgaven voor hun rekening (met uitzondering van het Engels, dat met name ook in de rubrieken ‘Sociale wetenschappen’, ‘Beeldende kunsten’ en ‘Ge­schiedenis’ significant hoger scoort).

Op zich geven de cijfers uit deze tabellen niet veel meer dan een globaal overzicht. Voor meer gedetailleerde vragen zal de geïn­teresseerde zelf met het rangschikken van het materiaal aan de gang moeten gaan. Lijst 3 vormt het resultaat van zo’n exercitie en behelst een uitsplitsing (voor de talen Duits, Engels en Frans) van de rubriek ‘Taal- ­en letterkunde’ naar genre. ‘Literair proza’ vormt bij alle drie de talen de hoofdmoot, al verschilt de omvang van het aandeel per taal aanzienlijk: 64,2% voor het Duits tegenover 38,7% voor het Engels en 52,2%. Opval­lend in deze lijst is dat het Engels, relatief gezien, een gelijkmatiger ver­deling over de verschillend genres heeft, een trend die ook al zichtbaar was in lijst 2. In het oog springt ook het relatief hoge aandeel van poëzie bij het Engels (zie hierover elders in dit nummer het artikel van Victor Schiferli) en het Frans.

Dergelijke uitsplitsingen kunnen echter wel leiden tot uitvergroting van lokale effecten. Zo komt bijvoorbeeld twee derde van de Engelstalige uitgave in het genre ‘crime’ voor rekening van vertalin­gen van het werk van Appie Baantjer. Alle in het Engels vertaalde boeken in het genre ‘streekromans’ zijn van de hand van ons nationale boegbeeld op dat gebied: Jos van Manen-Pieters, en zijn uitgegeven door een uitge­ver in Grand Rapids, Michigan, niet toevallig gelegen midden in een en­clave van fundamentalistische protestanten van Nederlandse herkomst. Dit schijnbaar futiele feit mag als een uitnodiging worden beschouwd om bij het ‘Engels’ te kijken naar de geo-culturele achtergrond van de uit­gaven. Dan blijkt voor de rubriek ‘Taal- en letterkunde’ dat 46,7% is uit­gegeven in de VS; 28,6% in Groot-Brittannië en 18,6% in Nederland zelf. De overige zes procent komt uit Canada, Singapore (!), Australië, Frank­rijk(!!) en Ierland. Voor het Duits is de geografische spreiding zeer beperkt, veel meer dan een paar incidentele uitgaven uit Zwitserland zitten er niet tussen.

Om enig zicht te krijgen op de impact van de vertalingen op de markt waarop ze verschijnen heb ik het aantal uitgaven van verta­lingen van het werk van de meest vertaalde schrijvers afgezet tegen het aantal vertaalde titels. Dat het werk van Appie Baantjer in de VS niet in even grote aantallen over de toonbank gaat als hier het werk van John Grisham, mag blijken uit het feit dat de rato uitgaven:titels 22:21 be­draagt – dit betekent dat slechts een van zijn boeken een tweede druk heeft gehaald. Deze verhouding zegt iets over de mate waarin een ver­taalde schrijver ook daadwerkelijk verkocht wordt. In het geval van Cees Nooteboom in Duitsland wil dat zeggen dat met een rato van 61:16 van zijn werk gemiddeld per titel 3,8 drukken zijn verschenen. Met dat crite­rium gemeten mag Margriet de Moor zich de meest succesvolle van alle auteurs noemen: in het Duits noteren zes titels 38 uitgaven, hetgeen neerkomt op gemiddeld 6,3 drukken per titel. Hoewel het leuk is om te kijken naar de wederwaardigheden van individuele schrijvers (slechts Hugo Claus, Hella Haasse en Cees Nooteboom komen in alle drie talen bij de meest vertaalde schrijvers voor – het uitrekenen van de gemiddelde leef­tijd van deze drie auteurs laat ik graag aan de lezer over), is het interes­santer om te kijken naar de gemiddelden per taal. Dan valt op dat voor het Duits het gemiddelde aantal uitgaven per titel hoger ligt dan voor de andere twee talen: 2,8 tegenover 1,9 voor het Engels en 1,3 voor het Frans. Nu geven deze cijfers een enigszins vertekend beeld omdat ze al­leen maar betrekking hebben op de meest vertaalde schrijvers (zo nemen de elf schrijvers in het Duits gezamenlijk bijna 52% van het aantal uitga­ven voor hun rekening), maar het beeld kan wat betrouwbaarder worden gemaakt door te kijken naar het aandeel van schrijvers die met slechts één uitgave in het totaal zijn vertegenwoordigd. Voor het Duits bedraagt dat aandeel 15,4%; voor het Engels 29,1%; en voor het Frans 42,5%. Zo heeft het Frans dus het hoogste percentage incidentele uitgaven en is er in het Duitse taalgebied kennelijk sprake van een structureel vertaalbe­leid met betrekking tot Nederlandse literatuur. Uit deze cijfers mogen we een aantal conclusies trekken: de aanwezigheid van vertalingen uit het Nederlands taalgebied is niet alleen groter en meer structureel in het Duits, maar ook succesvoller; er worden niet alleen meer schrijvers ver­taald, ze zijn met gemiddeld meer werken vertegenwoordigd en hun werk wordt ook beter verkocht. Het Engels komt in dit opzicht op de tweede en het Frans op de derde plaats.

...en weer
Interessant zou het zijn om hier de cijfers over de vertaalstromen in tegengestelde richting tegenover te stellen, ware het niet dat deze cijfers van geheel andere aard zijn. Om te beginnen gaat het om cijfers die be­trekking hebben op één markt, waardoor de verhoudingen anders geaard zijn en de relatie tussen vertaald en oorspronkelijk werk van meer belang is. Daarnaast gaat het om veel grotere aantallen, waardoor relevant on­derzoek altijd grootschaliger van aard is. Een aanzet tot een dergelijk on­derzoek is gegeven in Heilbron 1995. Een zeer grofmazige samenvatting van zijn cijfers op dit punt luidt dat het aandeel van vertalingen in de to­tale Nederlandse boekproductie tegenwoordig zo’n 23 procent bedraagt en dat het aandeel van het Engels in het totaal aantal boekvertalingen zo’n 65 procent bedraagt, tegenover 17 procent voor het Duits en een kleine 8 procent voor het Frans. Ook hier nemen dus deze drie talen het overgrote deel voor hun rekening.

Voor een meer gedetailleerde blik moeten we onze toe­vlucht nemen tot het bekijken van een afzonderlijk jaar. Heilbron heeft een aantal gegevens met betrekking tot vertaling in het Nederlands ver­zameld over het vertaaljaar 1990 (Lijst 4). Zowel bij vertalingen uit het Engels als uit het Frans voeren, net als bij vertalingen uit het Nederlands, ook de rubrieken ‘Proza’ en ‘Kinderboeken’ de boventoon, terwijl bij ver­talingen uit het Duits de rubriek ‘Technologie’ het hoogste percentage heeft en de andere twee rubrieken op de derde en tweede plaats komen. Het is interessant om een vergelijking te maken tussen Lijst 4 en Lijst 2, al is het de vraag in hoeverre ze ook werkelijk vergelijkbaar zijn. Niet al­leen verschillen de periodes, ook de rubriekindeling verschilt. Zo komt de rubriek ‘Technologie’ in de indeling van Het Nederlandse boek in verta­ling niet voor, wellicht vanwege het criterium dat er geen vertalingen op het gebied van de exacte wetenschappen zijn opgenomen. Wanneer we uit Lijst 4 de rubriek zouden wegfilteren, dan zouden de rubrieken ‘Proza’ en ‘Kinderboeken’ de eerste twee plaatsen innemen. Opvallend is dat bij het Duits het aanbod veel meer evenredig is verdeeld over de verschil­lende rubrieken, terwijl bij het Engels de rubriek ‘Proza’ buitenproporti­oneel vertegenwoordigd is en bij het Frans de rubrieken ‘Proza’ en ‘Kinderliteratuur’ eruit springen.

Een verklaring voor het buitenproportionele aandeel van de rubriek ‘Proza’ is te vinden in Geenen 1985. Weliswaar betreffen zijn cijfers het jaar 1986, maar we mogen gerust aannemen dat voor beide ja­ren hetzelfde opgaat. Geenen heeft alle gegevens verzameld voor de ru­briek ‘Proza’ voor het jaar 1986 en stuitte daarbij op een buitenproportio­neel aandeel ‘pulplectuur’: 436 titels, allemaal vertaald uit het Engels en uitgegeven door slechts twee uitgeverijen. Hij heeft besloten om deze niet in zijn onderzoek te betrekken, omdat ze de totaalcijfers te zeer zou­den beïnvloeden. Tezamen zouden deze titels een derde van het totaal aantal vertalingen in de rubriek ‘Proza’ vertegenwoordigen, en meer dan veertig procent van het aandeel Engels uitmaken dat daarmee naar 76 procent zou stijgen (nu altijd nog 64%). Het is zeer wel denkbaar dat Heilbron dit effect niet heeft willen wegwerken en dat daarom bij hem het aandeel proza zo hoog is. Hoe dit ook zij, de cijfers van Geenen (Lijst 5) geven een helder en genuanceerd beeld van één segment van de boekenmarkt en de rol van vertaling daarbinnen. Verrassend is dat het aandeel vertaald proza groter is dan het aandeel oorspronkelijk proza, maar dat dit nu juist niet geldt voor het genre van het literair proza (rubriek A); het grootste aandeel vertaald is te vinden in de categorie van het spannende boek (rubriek B), waarin uit het Engels vertaalde boeken niet minder dan 82,5% voor hun rekening nemen. In alle genres neemt Engels de eerste plaats in, maar het Frans, en dat is ook verrassend, neemt, op een enkel genre na, de tweede plaats in, voornamelijk vanwege het betrekkelijk hoge aandeel bij literair proza (bijna twee keer zoveel als Duits). Tezamen maken vertalingen uit deze drie talen overigens ruim 85% van de totale hoeveelheid vertaald proza uit.

Besluit
In dit artikel is een aantal cijfers op een rijtje gezet met betrekking tot ver­talingen in en uit het Nederlands. De herkomst van het cijfermateriaal is dusdanig heterogeen dat er geen al te verstrekkende algemene conclu­sies aan verbonden kunnen worden. Het beeld dat aan de hand van de cij­fers te schetsen valt, laat zien dat bij ‘vertaalimport’ het Engels de voornaamste brontaal is, in alle rubrieken, en dat bij de ‘vertaalexport’ het Duits de voornaamste doeltaal is. In beide richtingen komt het Frans op de derde plaats, al geldt dat bij vertalingen in het Nederlands niet voor de rubriek ‘Proza’. In beide richtingen ook is het aandeel van deze drie talen tezamen buitengewoon groot. Aan deze uitspraken zal allicht niemand aanstoot nemen.

Wanneer je ziet wat met deze heterogene cijfers al aan in­teressant materiaal naar boven komt, dan is de vraag wat er zou gebeu­ren wanneer je op dit gebied gericht onderzoek zou doen. Heilbron heeft hiertoe een aanzet gegeven, maar het door hem verzamelde materiaal blijft te algemeen om er gerichte vragen mee te beantwoorden. Hoe zou het beeld van de vertaalimport worden wanneer je ‘het Engels’ gaat diffe­rentiëren naar geo-culturele achtergrond? Waar komen de vertaalde boe­ken voornamelijk vandaan? Uit de Verenigde Staten, uit Groot-Brittannië of van nog elders? Kun je de Angelsaksische wereld als één bron van cul­turele invloed beschouwen, of niet? Is taal gelijk te stellen met cultuur, of wijst socio-linguïstische variatie ook op culturele variatie? Wat voor soort bronteksten wordt vertaald? Is het spannende boek voornamelijk van Amerikaanse of van Britse herkomst? Het onderzoek van Geenen geeft deels een antwoord op dit soort vragen, maar laat de geo-culturele vraag onaangeroerd.

Er zouden meer scripties moeten komen als die van Geenen, waardoor het beeld dat hij schetst historische diepte kan krijgen en het ware te wensen dat er meer grootschalig onderzoek komt als dat van Heilbron, waardoor het beeld van het nationale en internationale vertaalsysteem en de rol daarin van het Nederlandse boek scherper gete­kend kunnen worden.

 

Noten
1 De gegevens omtrent de vertaalstromen naar het Nederlands taalgebied worden verzameld door de Koninklijke Bibliotheek en eens in de vijf jaar gepubliceerd in Het Nederlandse boek in vertaling. De gegevens over de omgekeerde richting worden verzameld door de Stichting Speurwerk betreffende het Nederlandse Boek en gepubliceerd in Het Boekblad. Hierin vinden echter geen publicaties plaats van statistisch materiaal. Afgezien van ver­spreid materiaal over afzonderlijke talen zijn er slechts twee belangrijke titels met over­zichtsmateriaal beschikbaar: Geenen 1988, een ongepubliceerde doctoraalscriptie, en Heilbron 1995.
2 Het is niet goed mogelijk om de cijfers helemaal op waarde te schatten omdat er ook, aldus de inleiding bij Het Nederlandse boek in vertaling, ‘titels uit de vorige uitgave, die sinds de verschijning in 1993 in de bibliotheek zijn binnengekomen, in de nieuwe editie 1993-1997 verbeterd zijn opgenomen’. Een korte steekproef leert dat het aandeel hiervan erg laag is.
3 In de lijst zijn alle talen opgenomen die in de periode van 1993-1997 een aandeel in het totaal hebben van meer dan 1 procent.
4 Met name op het punt van de genre-indeling is dit boek erg verwarrend. Niet alle uitgaven die in de bibliografische lijst in een bepaald genre worden ingedeeld, worden ook als zodanig geïndexeerd. De hier gebruikte cijfers verwijzen naar het aantal uitgaven in de bibliografische lijst.

Bibliografie
Het Boekblad 29/30. 19 juli 1996.

Geenen, Michel. 1988. Het aandeel van vertalingen binnen het geheel van verhalende prozateksten die in 1986 door de Nederlandse uitgeverijen op de markt werden gebracht. Amster­dam (Doctoraalscriptie Vertaalwetenschap).

Heilbron, Johan. 1995. ‘Nederlandse vertalingen wereldwijd. Kleine landen en culturele mondialisering’, in: Johan Heilbron, Wouter de Nooy en Wilma Tichelaar (red.), Waarin een klein land. Nederlandse cultuur in internationaal verband. Amsterdam: Prometheus.

Het Nederlandse boek in vertaling 1993-1997. 1999. Den Haag: Koninklijke Bibliotheek.

 

Lijst 1: Aantal vertalingen uit het Nederlands en Vlaams in percentages (1958-1997)1

Taal 1958-67
 (10 jaar)  
 1968-72 

 1973-77 

 1978-82 

 1983-87 

 1988-92 

 1993-97 

Duits 36,5 27,5 24,0 24,6 31,2 35,5 38,5
Engels 19,8  24,6 26,0 27,7 22,8 16,7 17,1
Frans 10,8  10,0 15,7 15,2 20,0 17,0 11,1
Spaans 4,5  6,5 5,5 5,4 4,4 5,3 4,7
Italiaans 3,0  6,1 3,3 1,9 1,6 2,5 3,5
Deens 4,0  3,2 3,9 2,9 2,4 3,2 3,4
Zweeds 3,2  3,0 3,0 3,6 2,5 1,8 1,7
Hongaars 0,5  0,2 0,4 0,6 0,5 1,8 1,5
Pools 0,7  0,8 1,0 0,6 0,7 1,4 1,5
Noors 2,6  2,2 1,5 0,7 0,5 1,3 1,4
Portugees 1,0  0,8 0,9 0,4 - 0,4 1,4
Indonesisch   3,8  2,2 6,5 5,3 6,7 3,8 1,3
Fries 0,1  1,9 0,2 0,8 0,5 0,2 1,2
Servo-
Kroatisch
0,5
4,6
0,3 0,3 0,5 0,7 1,1
Papiemento - - - 0,2 0,3 1,0
Overig 9,2  9,0 7,8 9,9 5,4 7,9 9,4
Totaal 100 100 100 100 100 100 100
N= 3462 2589 2592 2639 3282 3073 4362

1 Cijfers ontleend aan Het Boekblad 19 juli 1996 en Het Nederlandse boek in vertaling 1993-1997

Lijst 2: Systematische indeling naar categorie in percentages (1993-1997)1

Categorie  Duits   Engels   Frans   Spaans   Italiaans   Deens 
Filosofie, Psychologie 6,7 6,6 3,9 5,4 6,4 9,3
Religie 14,8 9,6 12,6 13,7 13,0 2,0
Sociale wetenschappen   3,0 5,8 2,0 1,0 0,6 2,0
Rechtswetenschappen 0,5 2,4 0,2 0,5 - -
Beeldende kunsten 1,8 8,6 5,3 3,0 5,2 1,3
Uitvoerende kunsten 0,4 0,1 1,0 - - -
Taal- en letterkunde 33,1 26,6 27,6 26,0 40,3 22,7
Kinder- en jeugdlectuur   30,8 13,5 30,5 37,7 22,1 54,0
Geschiedenis 2,0 8,8 4,5 3,4 2,6 2,7
Land- en volkenkunde 0,9 3,3 2,5 1,5 1,3 -
Opvoeding en onderwijs 0,5 1,5 0,2 1,0 - 0,7
Sport en spel 1,8 4,0 5,6 4,4 1,9 4,0
Overige2 3,6 9,1 4,1 2,5 6,5 1,3
Totaal 100 100 100 100 100 100
N= 1681 747 486 204 154 150

1 Cijfers ontleend aan Het Nederlandse boek in vertaling 1993-1997
2 Hieronder vallen de rubrieken ‘Algemene werken’, ‘Boek- en bibliotheekwezen’, ‘Politieke wetenschappen’ en ‘Varia’

Lijst 3: Vertalingen uit het Nederlands en Vlaams Categorie Taal- en Letter­kunde voor Duits, Frans en Engels naar genre in percentages (1993-1997)

Genre  Duits   Engels   Frans 
Literair proza 64,2 38,7 52,5
Poëzie 3,0 12,6 11,2
Theater 4,5 3,0 14,9
Essays 1,4 1,5 1,5
Historische letterkunde - 4,5 -
Dagboeken, brieven etc.   4,3 7,5 3,7
Reisliteratuur - 2,0 2,2
Streekromans 1,6 3,0 0,7
Crime 9,3 16,6 3,7
Fantasy - 1,0 3,7
Taalkunde 0,5 2,5 0,7
Overig 11,0 7,0 5,2
Totaal 100 100 100
N= 557 199 134

1 Cijfers ontleend aan Het Nederlandse boek in vertaling 1993-1997

Lijst 4: Boekvertalingen uit het Engels, Duits en Frans naar rubriek (1990)1

Rubriek  Engels   Duits   Frans 
Wijsbegeerte 6,3 9,0 4,4
Godsdienst 3,1 6,3 2,4
Technologie 6,0 15,7 8,2
Proza 45,8 10,8 22,8
Kinderboeken 14,8 12,0 38,1
Geschiedenis 2,8 3,0 5,1
Sport en spel 1,6 8,1 1,4
Huishoudkunde   2,4 5,9 1,0
Landbouw 1,4 3,2 0,7
Geneeskunde 2,8 4,9 -
Biologie 0,9 2,4 0,3
Overige 12,1 18,9 15,6
Totaal 100 100 100
N= 2320 592 294

1 Cijfers ontleend aan Heilbron 1995

Lijst 5: Vertalingen in het Nederlands voor de rubriek ‘proza’, naar taal en genre (1986)1

(A=literaire romans, verhalen, novellen; B=thrillers, detectives, avonturen, spiona­ge; C=historische-, familie-, dames- en volksromans; D=science fiction; E=oorlogsro­mans; F= streekromans)

   titels     A       B       C       D       E       F     Overig 
Oorspronkelijk   45,7 52,7 17,7 41,7 7,5 13,6 76,5 68,8
Vertaald 54,3 47,3 82,3 58,3 92,5 86,4 23,5 31,2
                 
Engels2 64,0 47,0 82,5 74,5 100 84,2 91,7 52,1
Frans 12,7 16,9 11,0 3,9 - 10,5 - 16,7
Duits 9,1 9,0 5,3 21,6 - 5,2 - 14,6
Spaans 2,7 5,8 - - - - - -
Russisch 2,5 4,1 0,4 - - - - 8,3
Italiaans 2,1 3,6 - - - - - 6,3
Overig 6,8 13,6 0,8 - - - 8,3 2,1
Totaal 100 100 100 100 100 100 100 100
N= 1614 873 299 175 40 22 51 154

1 Cijfers ontleend aan Geenen 1988
2 Het percentage van de talen is berekend op het aandeel vertaald