Abstract: Anekdotisch en bibliografisch overzicht van de vertalingen van Nederlandstalige poëzie in het Engels door de toenmalige poëzie-medewerker van het Nederlands Literair Produktie- en Vertalingenfonds.
In zijn recente boek Etalage. Uit het leven van een lezer geeft J.J. Oversteegen een nogal vermakelijk verslag van de handelsreizen die hij als toenmalig directeur van de Stichting voor Vertalingen maakte naar Londen, waar hij T.S. Eliot, die redacteur was bij Faber and Faber, de werken van Martinus Nijhoff aanbeval. ‘And now for Neighhoff,’ zei Eliot na een lang gesprek over heel andere zaken. De kwaliteit van de vertaling zal, zo stelt Oversteegen, misschien debet zijn geweest aan het uiteindelijk niet slagen van deze missie. Toen ik deze belevenissen las, voelde ik een schok van herkenning: in het ongewisse over Oversteegens ervaringen met Eliot had ik het zelf ook geprobeerd met Nijhoff bij Faber and Faber. Ik had een contact opgebouwd met Christopher Reid (die overigens als redacteur inmiddels vertrokken is). Met een nieuwe serie vertalingen en uitgebreid informatiemateriaal over Nijhoffs leven en werken werd het helaas, na zoveel jaar, weer niets. ‘We do hope that you will be able to place Martinus Nijhoff elsewhere,’ zo liet men weten, op een toon alsof het om een geheel nieuwe dichter ging.
Van oudsher is het Verenigd Koninkrijk een van de moeilijkst doordringbare gebieden voor vertaalde literatuur. Als je de situatie in Engeland vergelijkt met die in Duitsland, valt het verschil op: tientallen Nederlandse schrijvers worden in het Duits vertaald en met veel succes, terwijl slechts een klein percentage van die auteurs ook een Engelstalige uitgever heeft. Merkwaardig genoeg is er gedurende de afgelopen tientallen jaren wel veel poëzie in het Engels vertaald, waar Duitsland het slechts met een enkele publicatie op dat gebied moet stellen. Toen ik in 1992 bij het Nederlands Literair Produktie- en Vertalingenfonds kwam werken, heb ik mij, vanwege mijn eigen voorliefde voor het genre, opgeworpen als specialist, en wilde me graag storten op zo’n mooie taak: het propageren van Nederlandse dichtkunst in den vreemde. Ik merkte twee dingen: er was weinig belangstelling in het buitenland en er bestond in Nederland een groot verlangen om gedichten te vertalen, en dan vooral in het Engels. Niet zelden leefde dit verlangen bij Nederlanders van geboorte die redelijk vloeiend Engels spraken en dachten dat ze daarom ook wel gedichten konden vertalen, en niet zelden zaten die mensen daar helemaal naast. De nuances van het taal- en woordgebruik lopen zodanig uiteen dat je van zeer goeden huize moet komen wil je als non-native speaker van een bepaalde taal een vertaling gaan beoordelen, laat staan dat je zelf zou gaan vertalen. Er zijn internationaal gezien weliswaar een paar uitzonderingen op deze regel (Brodsky, Conrad, Nabokov, recent Kundera), maar die bevestigen deze toch vooral. Wat ook nogal eens tot problemen leidt: dichters die hun gedichten in vertaling teruglezen, vinden de vertaling soms te vrij (wanneer er een aantal juiste en noodzakelijke vertaalslagen gemaakt zijn) en soms te letterlijk (dan is de vertaling ook meestal te letterlijk, hoewel je soms ook weer trouwer kunt zijn dan je zou denken). Het gegeven dat Nederlanders het Engels in de regel goed beheersen, geeft juist vaak aanleiding tot zulke controverses. Zo las ik ooit in een vertaling: ‘It was like looking for a needle in a haystack’: op het eerste gezicht een al te letterlijke overzetting van het Nederlandse gezegde, tot bij controle in het woordenboek bleek dat deze uitdrukking wel degelijk in het Engels bestaat. In elk geval geloof ik dat men bij het vertalen van gedichten vooral gebaat is bij een optimale samenwerking en wederzijds vertrouwen tussen auteur en vertaler.
Zeker sinds de Tweede Wereldoorlog is er een toename te zien in de vertaling van Nederlandse en Vlaamse poëzie in het Engels. Dit vooral dankzij de twee Jamesen in de vertaalwereld: James Brockway en James S Holmes, de eerste Engelsman, de tweede Amerikaan, de eerste meer gericht op de traditionele poëzie, de tweede vooral op de experimentele dichtkunst. Met James S Holmes heb ik helaas nooit te maken gehad – hij was reeds overleden toen ik bij het Fonds kwam werken –, maar James Brockway ontmoette ik al heel snel, in Den Haag, en hij heeft me veel over literaire tijdschriften in het Verenigd Koninkrijk en over uitgeverijen verteld. Langzaam heb ik die ook leren kennen: naast Faber (vooral veel klassieke Engelstalige dichters en slechts een enkele internationale naam) en Harvill (veel vertaalde literatuur, een klein beetje poëzie, maar nu toch ook Kopland), zijn vooral de kleinere gespecialiseerde uitgevers als Anvil, Bloodaxe en Carcanet belangrijk. Uitgever Peter Jay van de Anvil Press is een voorbeeld van een bij uitstek toegewijde poëzie-uitgever annex -liefhebber die zich sinds jaar en dag bezighoudt met een reeks internationale poëzie (van Dante en Baudelaire tot Carol Ann Duffy en Hans Faverey), die uitsluitend vertalingen bevat van vertalers en/of dichters die zich volledig op de vertaling van een bepaald auteur hebben geworpen. Hij is van mening dat je geen poëzievertalingen kunt commissioneren, maar dat je moet afgaan op wat vertalers of andere dichters zelf aandragen. Dit heeft als bijkomend voordeel dat hij meteen een grote vertaalde selectie kan lezen en niet hoeft te vertrouwen op de enkele losse gedichten die hem af en toe bereiken. Deze drie toegewijde uitgeverijen vervullen een voortrekkersrol in het Engelse poëzie-uitgeefklimaat en niet zelden worden door hen uitgegeven bloemlezingen later door grote concerns als Penguin herdrukt.
Het is verheugend om te zien dat Brockway op hoge leeftijd nog altijd aan het vertalen is (recent Esther Jansma en Tsjèbbe Hettinga). De laatste jaren hebben we een relatief grote groep uitstekende poëzievertalers in het Engels en gelukkig verschijnt er af en toe een bloemlezing, een speciale aflevering van een tijdschrift of een losse publicatie. Ik noem hier: Against the Forgetting, een fraai uitgegeven keuze uit de poëzie van Hans Faverey bij de Anvil Press (van meer dan 250 p., vertaald door Francis R. Jones); de anthologie Singers Behind Class, samengesteld en vertaald door James Brockway met werk van onder anderen Remco Campert, Hans Lodeizen, Gerrit Achterberg, M. Vasalis en Rutger Kopland (Sunk Island Press); het speciale nummer van Modern Poetry in Translation van meer dan 300 bladzijden (nr. 12, 1998) in zijn geheel gewijd aan de Nederlandse en Vlaamse poëzie; en tot slot de vorig jaar in Amerika verschenen bloemlezing Kaleidoscope: Dutch Poetry in Translation (samengesteld en vertaald door Martijn Zwart en Ethel Grene), die gedichten bevat vanaf de zeventiende eeuw tot de Tweede Wereldoorlog. In voorbereiding is een nieuwe uitgebreide tweetalige uitgave van het werk van Rutger Kopland bij The Harvill Press (vertaald door James Brockway). Als je probeert Nederlandse en Vlaamse dichtkunst in Engeland te plaatsen, kom je eigenlijk dezelfde problemen tegen als bij het plaatsen van vertaalde poëzie uit enig andere taal: als de dichter in kwestie geen Rilke of Rimbaud heet, geen Nobelprijswinnaar is, of niet op enig andere wijze wereldfaam heeft vergaard, is de kans op publicatie gering. Gelukkig, en daar kom ik bij de doelstellingen van de instantie waar ik werk, zijn er subsidiemogelijkheden om uitgevers enigszins tegemoet te komen.
Het Nederlands Literair Produktie- en Vertalingenfonds stelt subsidies ter beschikking voor de vertaalkosten en sinds kort, speciaal voor poëzie, ook een bijdrage in de productiekosten. Deze subsidies kunnen worden aangevraagd door de buitenlandse uitgever, die daarvoor de rechten moet hebben geregeld en ook een contract afgesloten met de vertaler. Na verschijning van de uitgave wordt een deel van de vertaalkosten aan de uitgever vergoed en soms wordt ook een bijdrage betaald in de productiekosten. In de praktijk wordt voor bijna alle uitgaven van poëzie subsidie aangevraagd. Dat is niet alleen financieel gunstig; het fonds kan namelijk ook een adviserende en ondersteunde rol spelen bij het zoeken naar vertalers, vertalingen, teksten, bronnen, rechthebbenden en wat dies meer zij. Dichters krijgen ook de kans om bij festivals en literaire avonden op te treden die door het Fonds worden georganiseerd of ondersteund. Een ander beleidspunt bestaat in het onderhouden van het netwerk van internationale poëziecontacten (uitgevers, vertalers, critici) op vakbeurzen als de Frankfurter Buchmesse en op festivals en optredens. Dat laatste gebeurt sinds enige tijd ook in samenwerking met Poetry International. Zo vond gedurende het festival van deze zomer een seminar plaats over het uitgeven van vertaalde poëzie, dat mede in samenwerking met het Fonds was georganiseerd. Met het groeiende netwerk aan internationale uitgevers, critici, vertalers, instanties en niet te vergeten dichters, bestaat de hoop en de verwachting dat het in de eenentwintigste eeuw alleen maar beter zal gaan met de poëzie, al dan niet in vertaling.
Overzicht van Nederlandse en Vlaamse poëzie in Engelse vertaling vanaf 1990
1 Afzonderlijke publicaties
Berge, Hans C. ten. The White Shaman / red. Theo Hermans; inl. Jeremy Reed; vert. uit het Nederlands door Theo Hermans, Greta Kilburn, Yann Lovelock, Paul Vincent. London: Forest, 1991. Poëzie.
Bernlef, J. [Anthologie] / vert. uit het Nederlands door Scott Rollins. Toronto: Guernica Editions, in voorbereiding (sinds 1999).
Bernlef, J. Driftwood House / vert. uit het Nederlands door Scott Rollins. Francestown, N.H. Typographeum, 1992.
Campert, Remco. This Happened Everywhere: Selected Poems of Remco Campert / vert. uit het Nederlands door Manfred Wolf. San Francisco: Androgyne Books, 1997.
Faverey, Hans. Against the Forgetting: Selected Poems / vert. uit het Nederlands door Francis R. Jones. London: Anvil Press Poetry, 1994.
Huygens, Constantijn. A Selection of the Poems of Sir Constantijn Huygens (1596-1687) / ingel. en vert. uit het Nederlands door Peter Davidson en Adriaan van der Weel. Amsterdam: Amsterdam University Press, 1996.
Kopland, Rutger. A World Beyond Myself / voorw. van Jeremy Hooker; inl. en vert. uit het Nederlands door James Brockway. London: Enitharmon Press, 1991.
Kopland, Rutger. [Anthologie] / vert. uit het Nederlands door James Brockway. London: The Harvill Press, in voorbereiding (sinds 1999).
Nooteboom, Cees. The Captain of the Butterflies / inl. van Herlinde Spahr; vert. uit het Nederlands door Leonard Nathan en Herlinde Spahr. Los Angeles: Sun & Maan Press, 1997.
Schierbeek, Bert. Keeping It Up: The Countryside / inl. William Jay Smith; vert. uit het Nederlands door Charles McGeehan. Rochester: Katydid Books, Oakland University, 1990.
Schmidt, Annie M.G. Pink Lemonade: Poems / ill. van Timothy Foley; vert. uit het Nederlands door Henrietta Ten Harmsel. Herdruk. Grand Rapids, Michigan; William B. Eerdmans, 1992.
Tellegen, Toon. In N. / vert. uit het Nederlands door Claire Nicolas White. New York: CrossCultural Communicaiions, 1993.
Vliet, Eddy van. Farewell and Fall / vert. uit het Nederlands door Matthew Blake; Peter Nijmeijer; Theo Hermans; James S. Holmes; John van Tiel. Dublin: Dedalus, 1994.
Vroman, Leo. Love, Greatly Enlarged / voorw. van Claire Nicolas White; [vert. uit het Nederlands door Leo Vroman]. New York: Cross-Cultural Communications, 1992.
Vroman, Leo. Mrs. Kennedy / vert. uit het Nederlands door Leo Vroman. New York: CrossCultural Communications, 1990.
2 Bloemlezingen; thema-afleveringen etc.
Caribbean Literature from Suriname, the Netherlands Antilles, Aruba and the Netherlands / red. Hilda van Neck-Yoder / ill. van José Maria Capricorne etc.; vert. uit het Nederlands door Francis R. Jones, Ina Rilke, Susan Massotty et al. In: Callaloo, jrg. 21 (1998), nr. 3, p. 441-724. Bloemlezing. Proza en poëzie; deze laatste met Nederlandse en Engelse tekst.
Contemporary Poetry of the Low Countries / samenst. en inl. Hugo Brems en Ad Zuiderent; [vert. uit het Nederlands door Tanis Guest, Scott Rollins, et al.]. Rekkem: Stichting Ons Erfdeel, 1992. Bloemlezing. Poëzie.
Dutch and Flemish poetry / samenst. en inl. Theo Hermans m.m.v. Yann Lovelock; [vert. uit het Nederlands door James Brockway, David Colmer, Deborah ffoulkes, et al.]. Bloemlezing. Poëzie. In: Modern Poetry in Translation, nr. 12 (1997).
Frisian Literature Today: A Choice of Contemporary Frisian Literature / samenst. en inl. Bouke Oldenhof; vert. uit het Nederlands door Jabik Veenbaas met advies van T. Johnston. Ljouwert: Utjouwerij Fryslân, 1993. Bloemlezing. Poëzie. Keerdruk met: Friesische Literatur heute.
Kaleidoscope: Dutch poetry in Translation, from Medieval Times to the Present, with parallel Dutch text / vert. uit het Nederlands door Martijn Zwart en Ethel Grene. Wilmette, Illinois: Fairfield Books, 1998. Bloemlezing. Poëzie. Nederlandse en Engelse tekst.
Low Leans the Sky / voorw. Jozef Deleu; [vert. uit het Nederlands door James Brockway, Adrienne Dixon, et al]. Rekkem: Stichting Ons Erfdeel, 1998. Bloemlezing. Proza en poëzie. Nederlandse en Engelse tekst.
Singers Behind Glass: Eight Modern Dutch Poets / gekozen en vert. uit het Nederlands door James Brockway. Lincoln: Jackson’s Arm / Sunk: Island Publishing, 1995. Bloemlezing. Poëzie.
The Defiant Muse: Dutch and Flemish feminist poems, from the middle ages to the present: a bilingual anthology / samenst. en inl. Maaike Meijer; m.m.v. Erica Eijsker, Ankie Peypers en Yopie Prins; [vert. uit het Nederlands door Wanda Boeke, Sheila Gogol, Marjolein de Jager et al.]. New York: The Feminist Press, 1998. (The defiant muse). Bloemlezing. Poëzie. Nederlandse en Engelse tekst.
Turning Tides: Modern Dutch & Flemish Verse in English Versions by Irish Poets / uitgegeven door Peter van de Kamp en Frank van Meurs; inl. door Theo d’Haen; [vert. uit het Nederlands door Pat Boran, Tony Curt is, et al.]. Brownsville: Story Line Press, 1994. Bloemlezing. Poëzie. Nederlandse en Engelse tekst.
Op de website van het Fonds vindt u meer informatie over de doelstellingen en activiteiten van het Fonds alsook Engelstalige informatie over Nederlandse en Vlaamse dichters en schrijvers.