Materiaal voor nieuwe gedichten is overal te vinden, evengoed thuis. Het is logisch voor een reiziger na een lang verwacht debuut in de buurt te blijven, voor te dragen. Tramontane (1996) verscheen twaalf jaar na een eerste optreden in het Haagse Lokaal Vredebreuk. Maar ik greep iedere gelegenheid aan weg te gaan. Hetzelfde jaar nog woonde ik zes weken in een Algerijns pension in de Parijse wijk Belleville.
Met vertaald worden had ik nauwelijks ervaring. Een Amerikaans tijdschrift maakte de special ‘Border Crossing’ en het bijna gelijknamige festival had een editie in Neuss, waarbij ik de fout maakte de vertalingen voor te lezen en niet het origineel. Mensen luisteren naar accenten. In de oorspronkelijke taal kunnen die iets zeggen over de gedichten, bij een vertaling zeggen ze eerder iets over de mate waarin de spreker met die andere taal vertrouwd is.
Als kind dacht ik dat ik begreep waar de dramatische chansonniers waar mijn ouders naar luisteren het over hadden terwijl ik de taal niet verstond. Een interpretatie van de intonatie. Mijn grootmoeder las voor wat ze op dat moment aan het lezen was. Als ik dat niet verstond, was het geen onbegrip maar een gebrek aan concentratie.
Na mijn debuut meldden zich twee vertalers, Jan H. Mysjkin en Pierre Gallissaires, voor een aantal gedichten voor een bloemlezing. In diezelfde periode kreeg ik een aanvullend honorarium voor het debuut en een vriendin in Parijs. Nu werd het niet Belleville maar Le Marais. Zo’n beurs is er in Parijs rap doorheen en om mijn vriendin niet teveel op de lip te zitten in haar kleine appartement melde ik me bij het Institut Néerlandais, aanvankelijk om er een maand in Kamer 42 te zitten, later om er programma’s te verzorgen.
Dit gebeurde niet zonder slag of stoot. Een dergelijk Instituut heeft geen vacature voor een aangewaaide poëzieprogrammeur. Ook bleek er weinig meer tegengesteld dan de Franse en Nederlandse dichtkunst waar het de hedendaagse betrof. Het is te danken aan de open geest van directeur Henk Pröpper, die eerder een centrum als De Balie voor zich zag dan de culturele afdeling van de ambassade, dat we van start konden. Maar Parijs is geen Amsterdam en de positie van een freelancer is er anders. Vaak verdienden de vertalers meer aan de bijeenkomsten dan de onkostenvergoedingen die ik opstreek om de avonden te beleggen.