Oases & oorlog     15-40

Het vertaaljaar 2023

Ton Naaijkens

Om me heen wordt danig gehakt. We krijgen een nieuwe badkamer. Dat is niet erg bevorderlijk voor de rust, nodig om je te bezinnen over hoe een vertaaljaar verlopen is. En dan nog eens een vertaaljaar met ups (prachtvertalingen) en downs (oprukkende kunstmatige intelligentie). Natuurlijk valt het gehak hier in het niet bij het geweld dat op verschillende plaatsen in de wereld is uitgebroken. Het is simpel: wij leven in een oase, we werken en vertalen dus vooralsnog in een volstrekt paradijs. Wat niet wil zeggen dat we niet de woestijn in moeten kijken, wat ook gebeurt. Er is een toegenomen aandacht voor boeken die uit het Oekraïens vertaald werden, er verschenen Oeigoerse boeken1 en Een klein detail van de van oorsprong Palestijnse Adania Shibli deed de gemoederen hoog oplopen. Wat doen we in hemelsnaam met alles wat we ooit ‘bellettrie’ noemden: tot ons nemen in een luie stoel? Ik juich het ineens toe dat er om mij heen flink wordt gebeiteld en geboord. Djûke Poppinga vertaalde Shibli (voor Koppernik) en moet geslikt hebben bij wat er in dat boek allemaal aan emoties omhoogkomt. Ik merk opvallend genoeg dat het begint met een fata morgana, alsof we dichtbij zijn en de woestijn hier pal om de hoek al begint. ‘De luchtspiegeling was het enige wat bewoog. De uitgestrekte, kale vlakten klommen trapsgewijs naar de hemel, zachtjes trillend onder het gewicht van de fata morgana. Het felle, verblindende licht van de middagzon onttrok de silhouetten van de lichtgele zandduinen bijna aan het zicht.’2 Bijna, ja. Ze zijn er wel degelijk, de plaatsen van terreur, oorden waar gemoord wordt alsof dat heel gewoon is. Om de hoek.

Lees verder in de papieren Filter