Met belangstelling heb ik het artikel ‘Het is verruktelijk’ van Reglindis de Ridder gelezen, in Filter 26:4. Vooral de volgende uitspraak intrigeerde mij: ‘Het Nederlands dat op Nickelodeon [een televisiezender] te horen is, is ook erg Nederlands-Nederlands gekleurd. Mogelijk doet die zender het onder andere daarom minder goed in België’. Als (Belgisch) lid van een oudere generatie (geboren 1960) opgegroeid met Swiebertje, de Fabeltjeskrant en de Stratemakeropzeeshow, sta ik er versteld van dat met name de grote Disneyfilms tegenwoordig verkrijgbaar zijn in twee gedubde versies: een Nederlandse en een ‘Vlaamse’. Het ziet ernaar uit dat de Vlaamse kindertjes van nu geen boodschap meer hebben aan de officiële ‘Nederlands-Nederlandse’ versie. Staat ons taalgebied op dat gebied alleen? Ik heb weleens gelezen dat de BBC Sesame Street nooit uitgezonden heeft omdat de Britten de oorspronkelijke serie te Amerikaans vonden, maar als inwoner van Engeland kan ik me niet indenken dat de dvd’s van Disneysuccessen als Toy Story of Frozen ooit apart verkocht zouden worden in ‘Engels-Engelse’, ‘Schots-Engelse’ of ‘Iers-Engelse’ bewerkingen. Voor zover ik weet bestaan er van zulke films ook maar één Franse en één Duitse versie. Maar misschien vergis ik me! Zou mw. De Ridder voor Filter eventueel wat meer licht kunnen werpen op de situatie?
Met dank en hartelijke groet, Jos Vos
Geachte mijnheer Vos,
Bedankt voor uw reactie.
Ik vind het eerlijk gezegd opmerkelijk dat u hiervan versteld staat. Van zulke geïmporteerde Amerikaanse animatiefilms komen er namelijk al een tijdje doorgaans twee gedubde versies uit: een versie voor de Nederlandse markt en een versie voor de Belgische markt. Dit is dus niet nieuw. Toy Story (Lasseter 1996) was de eerste film met twee verschillende Nederlandstalige versies. Wat u bedoelt met ‘de officiële “Nederlands-Nederlandse” versie’ is me onduidelijk. De originele versie van zulke films is in het Engels. Die producties moeten dus sowieso vertaald en nagesynchroniseerd worden voor Nederlandstalige kinderen. Het Nederlandse taalgebied is een pluricentrisch taalgebied met naast een Nederlands-Nederlandse variëteit (onder andere) ook een Belgisch-Nederlandse variëteit. Beide variëteiten werden rond de eeuwwisseling ‘officieel’ erkend door de Nederlandse Taalunie en ook zonder meer als gelijkwaardig bestempeld. Wanneer anderstalige producties nagesynchroniseerd moeten worden, stelt zich dus de vraag: naar welke variëteit van het gesproken Nederlands? Vroeger werd er inderdaad één versie voor het hele Nederlandse taalgebied gemaakt waarin Nederlandse stemacteurs te horen waren. Die versie kregen de kinderen in België ook te zien. Maar daar is dus vanaf 1996 verandering in gekomen.
Nu is het wel zo dat er tegenwoordig ook (kleinere) filmproducties zijn waarvoor één enkele nagesynchroniseerde versie gemaakt werd waarin zowel stemacteurs uit Nederland als België te horen zijn. Voorbeelden hiervan zijn de aangekochte Duitse tv-films uit de ‘De mooiste sprookjes’-reeks die zowel door de Nederlandse als de Vlaamse openbare omroep uitgezonden worden. Maar dit gebeurde bijvoorbeeld ook in bioscoopfilms als Otto is een neushoorn (Kainz 2013) of Janneman Robinson & Poeh (Forster 2018). In deze twee films werden de hoofdrollen vertolkt door Belgische stemacteurs.
Een vergelijking maken met het Engelse taalgebied is problematisch. In het Engelse taalgebied wordt er namelijk veel minder geïmporteerd uit andere taalgebieden. Dus hoeven programma's zelden vertaald te worden. Als er dan al buitenlandse producties aangekocht worden, zijn die vaak al in het Engels. Dan wordt die versie inderdaad gewoon overgenomen.
Maar in andere pluricentrische taalgebieden worden ook wel verschillende nagesynchroniseerde versies gemaakt. De Ierse tekenfilmserie Puffin Rock is bijvoorbeeld beschikbaar in het Portugees uit Brazilië en Portugal maar ook in het Castiliaans en in ‘het Latijns-Amerikaanse’ Spaans. Van de familiefilm Babe (Noonan 1995) zijn er onder de titel Ein Schweinchen namens Babe zelfs drie Duitse versies uitgekomen: voor de Duitse, de Zwitserse en de Oostenrijkse markt. Dit was wel een uitzondering. In Oostenrijk wordt doorgaans de nagesynchroniseerde versie uit Duitsland overgenomen maar de tekst van een aantal personages wordt soms wel opnieuw ingesproken door Oostenrijkse stemacteurs. Zo hoort men in de ‘Oostenrijkse’ versie van de film Cars (Lasseter 2006) bijvoorbeeld de stem van een bekende Oostenrijkse formule 1-reporter.
In België kijken kinderen overigens met plezier naar filmpjes in het Nederlands-Nederlands. Denk maar aan internationale successen als Paw Patrol of Peppa Pig waarvan de commerciële zenders Nick Jr. en Disney Junior enkel een Nederlands-Nederlandse versie uitzenden. In het aanbod van onze lokale zenders hoor je ook verschillende variëteiten van het Nederlands. Maar ook YouTube-filmpjes uit Nederland zijn erg populair. De ouders vinden dat misschien niet altijd even prettig (zie bijvoorbeeld dit krantenartikel<https://www.demorgen.be/nieuws/waarom-uw-kroost-plots-hollands-spreekt~b57832b1/>) maar dat is een andere discussie.
Reglindis De Ridder