Abstract: Het jaar 1988 kan als een keerpunt worden beschouwd in de vertaalrelatie tussen Nederland en Spanje. Tegen het einde van dat jaar verscheen bij de toen nog piepjonge uitgeverij Arena Eduardo Mendoza’s epos over het Barcelona van rond de eeuwwisseling De stad der wonderen, en daarmee gebeurde wat sinds de Tweede Wereldoorlog nog nooit met een hedendaagse Spaanse roman was gebeurd: het boek werd een succes. Vanaf dat moment verschijnt er regelmatig nieuwe, postfranquistische literatuur in vertaling en heeft de Spaanse literatuur weer een plaats gekregen in ons taalgebied. Steenmeijer beschrijft om welke auteurs en titels het gaat en hoe zij zijn ontvangen.