Veel vertalers in dit nummer, en ze vertellen zelf uitgebreid wat ze doen. Hoe vriendelijk je in Japan moet zijn voor je auteur, hoe diep je door je knieën moet gaan als je lezers in gewone taal wilt aanspreken, hoe je de passie van een communist beteugelt in klinkklaar Nederlands. Voorts veel draden die opgepikt worden: het hervertalen uit het vorige nummer krijgt een praktisch pendant van Rokus Hofstede, Stella Linn rondt haar tweeluik over straattaal af en Barber van de Pol stelt de laatste gast in haar fameuze schrijversgalerij voor. Alles in een kenmerkende mix van helaasheid & luchtigheid, dichtheid & borrelpraat.