‘Hoe zeg je “stilte”?’
Vrij naar Obelix in Asterix en Cleopatra
De kunststroming popart begint met stripgeluid. Of misschien begint ze er niet mee, maar het is zonder meer een iconisch ijkpunt: het tweeluik Whaam! uit 1963 van Roy Lichtenstein. Lichtenstein bewerkte een plaatje uit het stripblad All-American Men of War van DC Comics uit 1962 – het jaar waarin de term ‘pop art’ officieel werd omarmd –, waarop te zien is hoe een jachtvliegtuig een ander toestel neerschiet. Het rechterdeel van het tweeluik is goeddeels gevuld met het woord ‘WHAAM!’. Die letters beelden de explosie van het ontploffende vijandelijke toestel uit. Wat de interpretatie van het doek ook moge zijn, de schilder wist in elk geval feilloos dat aspect van het medium strip te vangen dat lange tijd gold als bewijs van de infantiliteit ervan. De geluidseffecten van geweld gevangen in letters, dat was toch wel het bewijs van zowel de onmondigheid als de grofheid van strip. ‘Pief-paf-poef’, dat was de taal van kleuters.